241 om de uitvoering, hebben we al afgesproken dat bijvoorbeeld het grondbeleid dat tandje dieper maken als follow up van de Structuurvisie. Dus die 2 verdiepingsslagen komen dan nog. Als het gaat om de, zeg maar even, sociaal maatschappelijke kant, hebben we naar mijn idee, naar ons idee, op bladzijde 56 van de Visie toch de belangrijkste doelgroepen benoemd, weliswaar in een alinea. Het is een beetje mijn eigen keus om als het in een alinea kan, het vooral in een alinea te doen in plaats van in twee. Maar ik heb zelf het idee dat toch wel de belangrijkste doelgroepen benoemd zijn die we ook noemden. Op bladzijde 57 benoemen we dan ook de kernthema's. En op bladzijde 62 benadrukken we nog eens een keer weliswaar maar in een paar zinnen, maar die zijn wel heel erg helder en duidelijk, dat wat we doen vooral een plek moet krijgen en georganiseerd moet worden in de wijk en het dorp. Dus dicht bij mensen. En hoe we dat doen, ja dat zijn de volgende stappen die we met elkaar gaan zetten. En wat betreft de maatschappelijke visie, daar heeft collega Arbouw ook al iets over gezegd. Mevrouw Schokker benoemde die. Ja, die is, wat ons betreft, niet meer passend in deze tijd, als het gaat om de eigen verantwoordelijkheid aan de de ene kant en aan de andere kant ook ruimte geven aan mensen en de financiële context. En in die zin is het college meer geïnspireerd door de eigen GroenLinks visie op de toekomst van de zorg. Want ik herinner me een document van enige tijd geleden wat u daarover geformuleerd heeft. En u heeft aan mij wel gemerkt in andere debatten dat daar dingen in staan die ook heel erg passen in het beleid van dit college. En de laatste opmerking die ik wil maken is..., MEVROUW SCHOKKER: Voorzitter, zou ik daarop mogen reageren? WETHOUDER BERGKAMP: Mag ik even mijn zin afmaken, voorzitter? DE VOORZITTER: Ik stel voor dat de wethouder zijn laatste zin afmaakt. En dan krijgt u tijd om te reageren. WETHOUDER BERGKAMP: En die laatste zin gaat over de zorg die mevrouw Giebels uitsprak en ook de aankondiging dat zij zich zorg en druk gaat maken over de verdere inhoud van de sociale paragraaf. Dat vind ik een inspirerende uitspraak. Ik zou haar vooral willen oproepen om haar energie te richten op de Haagse collega's want juist die Haagse collega's in het kabinet Samson en Rutten zorgen ervoor dat wij lokaal veel, heel veel, te repareren hebben en heel veel zorg hebben en er dus heel veel op ons af komt, of het nou om de corporaties gaat of dat het nou om alle decentralisaties en bezuinigingen gaat. We moeten dus alle zeilen bijzetten vanuit de Haagse opdracht om het hier lokaal voor elkaar te krijgen..., MEVROUW HAAGH: Voorzitter..., voorzitter..., WETHOUDER BERGKAMP: En in die zin hoop ik echt ook op haar steun in Den Haag. Dat was mijn laatste zin, voorzitter. MEVROUW HAAGH: Voorzitter, mag ik een vraag stellen over deze mooie oproep van de wethouder? DE VOORZITTER: Eerst mevrouw Haagh en dan mevrouw Schokker. Mevrouw Haagh. En dan kunnen we..., MEVROUW HAAGH: Want u doet een mooie oproep. Hartstikke goed. Dat nemen we allemaal mee natuurlijk. Maar toch stelt het ons een beetje teleur dat als je het aantal pagina's ziet wat u dan aan zorg denkt te gaan besteden, dat dat beperkt is tot een in deze Structuurvisie. En dan is de vraag: moet u zich daar ook niet eens een tandje drukker om maken? U bent hier de wethouder Zorg. U ziet al die ontwikkelingen op u af komen. En volgens mij wordt dat dan in de toekomstvisie 2030 waarin u zoveel gaat vragen van de stad/inwoners..., Dat hoort gewoon in een Bredase Structuurvisie thuis. En dan doet iedereen gewoon verder zijn werk richting Den Haag. Maar hier in dit verhaal hoort het ook goed te staan. En dat is volgens mij uw opdracht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 40