1
315
DE HEER STUBENITSKY:
Dank u, voorzitter.
Voorzitter, ik zal de wethouder niet verder dwars zitten bij de herijking van het parkeerbeleid door
vast te houden aan die ongelijkheid tussen kleine ondernemers en grote ontwikkelaars en die
parkeernorm voor Achter de Lange Stallen van stal halen op het moment dat we het
bestemmingsplan voor Achter de Lange Stallen behandelen.
Dank u.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer.
Mijnheer Scheltens.
DE HEER SCHELTENS:
Ja, dank u wel.
Kort voorzitter. Ik wil toch even reageren op wat de wethouder zei. Die legde mij woorden in de
mond alsof ik zou balen. Nou, volgens mij had ik een vrij genuanceerd verhaal, zeker gezien de
extreme omstandigheden. Maar nogmaals, we gaan schoorvoetend akkoord met het noodzakelijk
kwaad van het verhogen van de parkeernorm, maar mochten wij in de toekomst nog mee mogen
maken door veranderde omstandigheden dat het mogelijk is en wensbaar dat de parkeernorm
omlaag gaat, dan zullen wij een stuk enthousiaster zijn. En verder steunen wij natuurlijk de motie.
Ja, het is eigenlijk bijna niet nodig want volgens mij heeft de wethouder het min of meer
overgenomen. Maar als hij toch wordt ingediend, dan steunen wij hem uiteraard.
DE VOORZITTER:
Nog andere leden van uw raad?
Het woord is aan de wethouder.
Mevrouw Van Mourik, gaat uw gang.
MEVROUW VAN MOURIK:
Nou ja, ik wou de wethouder voornamelijk bedanken voor de heldere toelichting en ook alle andere
fracties bedanken voor de steun.
En ik handhaaf de motie.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Nog andere leden van uw raad?
Het woord is aan de wethouder.
WETHOUDER AKINCI:
In eerste instantie naar de heer Scheltens. Dan had ik u wat anders begrepen. Ik denk dat het een
mooie dag zou zijn voor de stad op het moment dat de fietsparkeernorm bij wijze van spreken ook
omhoog kan, zonder daarbij de stad ontoegankelijk te willen houden voor auto's. Want ik denk dat
de stad voor iedereen toegankelijk moet blijven.
In de richting van de heer Veenenbos. Waarom neemt u dat niet op. Ja, als ik alles wat u zou
kunnen vragen, zou kunnen voorspellen, dan waren de debatten wat saaier en de nota s wat
dikker. Maar ik moet eerlijk zeggen: ik had me niet op het juridische vraagstuk van hoe zit
mandatering nou precies in elkaar, voorbereid. Ik hoop dat u mij dat niet euvel duidt.
Ik was u nog een antwoord verschuldigd op iets wat u in de le termijn zei. U zegt geen groot
voorstander te zijn van een gedifferentieerd tarief. Het is een voornemen en een idee wat ik heb,
wat zou passen bij naarmate je een grotere druk legt op het aantal parkeerplaatsen in een
vergunningengebied, wordt bijvoorbeeld degene die een grotere druk legt, ook net wat zwaarder
afgerekend dan degene die een auto heeft. En een auto per huishouden wordt toch als een
elementair soort mensenrecht gezien. Dus voor die mensen zou de vergunning dan ook net wat
goedkoper worden. Het is niet iets wat ik eigenstandig ga invoeren. Het was een soort
aankondiging waarbij ik ook graag van de verschillende partijen in de raad, - en we komen daar
vast ook in september over te spreken -, de opinies peil. Want ik ga niet trekken aan een weinig
bewegend paard. Ik denk overigens wel dat het een goed idee zou zijn. Maar we komen er in het
najaar over te spreken.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer.
We hebben in 2 termijnen gesproken.
Aan de orde is de motie, dan het voorstel.
Is er behoefte tot het afleggen van stemverklaringen rondom de motie?