322
ligt er, wat ons betreft, een goed projectplan van het REWIN met een goede analyse en een goede
aanpak. Ze willen de acquisitie versterken, intensiveren op de inzet van de topsectoren, ze willen
aan de slag ook met bestaande bedrijven die willen uitbreiden omdat dat niet zo vanzelfsprekend is
dat ze dat bij ons gaan doen. En bij ons is dan West Brabant. En volgens het REWIN kunnen zij
deze uitdagingen niet aan als ze ook nog moeten bezuinigen. Dus ik vroeg mij vooral af: wat is de
overweging van het college om toch vast te houden aan die 3 x 3% regeling? Is dat omdat ze
zeggen: gelijke monniken gelijke kappen? Dus de Regio moet bezuinigen, dan het REWIN ook. Of
geloven ze niet in hun plan wat ze daar hebben neergelegd? Of vindt het college dat het REWIN
eigenlijk nog een slag moet maken op het gebied van efficiency?
Sowieso zou de PvdA van de wethouder op korte termijn, en dan bedoel ik in dit geval nog dit jaar,
een visie en een analyse willen hebben waar de 3 organen, - en dan hebben we het ook over het
REWIN, BRIM en de BOM -, naast elkaar worden gelegd. Wat leveren ze apart van elkaar op, wat
kost het ons en hoeveel overlap is er? En dan kunnen we dat eens een keer helder en overzichtelijk
in beeld hebben en daar eens een mening over vormen, wat we nou met die 3 organen, hoe we dat
moeten aanpakken.
Dat was het.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Nog andere leden van uw raad?
Mijnheer De Beer, D66.
DE HEER DE BEER:
Voorzitter, ik kan eigenlijk naadloos aansluiten bij de bijdrage van de heer Aartsen maar daar zal
hij ook niet van staan te kijken. En het raakvlak van de bijdrage van de heer Aartsen en mevrouw
Giebels, als het gaat om waar mevrouw Giebels mee afsloot, namelijk de verhouding tussen die
BRIM, BOM en REWIN, die wilde ik ook nog eens even veel steun geven want dat is het inzicht wat
volgens mij heel nuttig is voor de raad op dit moment. Want ik blijf met het gevoel rondlopen dat
daar nog wat dubbellingen in zitten in het functioneren van die 3 vehikels.
Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Nog andere leden van uw raad?
Mevrouw Van Beek, CDA.
MEVROUW VAN BEEK:
Dank u wel.
Ik kan me aansluiten bij de woorden van de heer De Beer. Ook wij zijn benieuwd hoe er precies
door het college wordt aangekeken tegen de taakstelling en hoe die het beste ingevuld kan
worden, gezien de 3 organisaties en wat daarin het meest effectief is ten aanzien van de acquisitie
en promotie.
Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Dan tot slot mijnheer Van Lunteren, SP.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ja, heel kort.
Het mag bekend zijn dat de SP altijd heel kritisch is over de Regio. Het is toch altijd nog een beetje
een ondemocratisch bestuurslaag. De zienswijzen zijn redelijk in lijn met wat wij wel zouden
kunnen inbrengen, behalve dan op dat punt, dat mist wat ons betreft.
Het verheugt me dat steeds meer mensen zich zorgen maken over de positie van de BRIM. We
hebben al eerder gezegd: opheffen die club en ga dan in regionaal verband dat eens goede regelen
met z'n allen. Of je heft de REWIN op, dat vind ik ook goed. Maar er zitten daar veel te veel clubs.
Er moet gewoon eenduidig iets geregeld worden in de regio. Ik ben blij dat daar steeds meer
draagvlak voor komt. En voor de rest steun voor de zienswijze.
Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer, mijnheer Van Lunteren.
Dan is nu het woord aan de wethouder.
Wethouder Regio, de heer Arbouw.