356
Maakt deel uit van de beraadslagingen.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, mogen we interrumperen?
DE VOORZITTER:
Ik weet niet of mevrouw...,
U mag interrumperen.
MEVROUW VAN BEEK:
Ik wilde nog
DE VOORZITTER:
U wilde nog?
Nog een klein half minuutje mijnheer Van Lunteren, formeel. Maar ik dacht dat mevrouw Van Beek
al afgerond
MEVROUW VAN BEEK:
De motie die u probeerde om te dopen tot Maatschappelijke Broedplaats, heet toch echt de motie
Van Beek/Koger.
DE VOORZITTER:
Formeel heeft u gelijk. Ja.
De motie Van Beek Koger die broedde.
Gaat u verder.
MEVROUW VAN BEEK:
Dat was het.
Ik ben benieuwd...,
DE VOORZITTER:
Het woord is dan aan mijnheer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ja voorzitter, de eerste vraag die op de lippen brandt is natuurlijk: is hier sprake van afsplitsing?
De andere vraag is de volgende. U spreekt over een warm nest, moet een warm nest zijn voor de
initiatieven in de stad, de burgers. Maar heeft u nu zelf de indruk dat dat de afgelopen 3 jaar zo
was? Want ik heb het idee dat u al die nesten keihard uit de boom heeft geschud en als dat niet
lukte zelf ook nog die boom heeft omgezaagd. De mensen zijn continu woedend die zaal binnen
gekomen. Mensen gaan gefrustreerd en schreeuwend hier buiten weg. Heeft u nou het idee dat de
gemeente is wat hij denkt dat hij is? Heeft u werkelijk het idee dat wij een warm nest zijn als
gemeente?
MEVROUW VAN BEEK:
U schetst een heel ander beeld dan dat u in uw bijdrage heeft gedaan. Daarin heb ik u toch echt
horen zeggen: ik ben heel erg blij met de maatschappelijke initiatieven die ik om me heen heb
gezien waarin u ook het voorbeeld aanhaalde, bijvoorbeeld van het buurthuis van de toekomst
waarin initiatiefnemers zelf onderdak bieden voor maatschappelijke activiteiten. Dus ik denk dat
dat een van de initiatieven is waar de gemeente goed heeft laten zien dat het begint bij het
maatschappelijk initiatief, van onderop, en vervolgens de gemeente een faciliterende rol kan
spelen. We zien dat nu op verschillende beleidsterreinen terug maar wij denken dat het goed zou
zijn om ook een algemene plek te bieden. Het is mooi dat we een avond Breda denkt mee hebben
georganiseerd waarop al die ideeën naar voren komen maar eigenlijk zou dat natuurlijk elke dag
mogelijk moeten kunnen zijn en ook heel duidelijk ook.Want ik denk dat het wel mogelijk is, maar
ook duidelijk, waar je dat soort ideeën kunt indienen en dat er ook een versnellingsproces plaats
vindt voor deze broedplaats.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Van Lunteren:
DE HEER VAN LUNTEREN:
Mag ik dan vragen of dit een trendbreuk is met het beleid van de afgelopen 3 jaar, waarmee het
college de afgelopen 3 jaar een puinhoop heeft achtergelaten. Dat waren letterlijk de woorden die
ik gebruikte in mijn inleiding. Dus ik weet niet wat u precies gehoord heeft maar de manier waarop