363 DE VOORZITTER: De vraag is: wat gaan we bespreken. Kort en krachtig. Mijnheer De Beer. DE HEER DE BEER: Dan is daar misschien een verschil in ervaring en perceptie. Want mijn perceptie is toch wel, of ik kijk er zo naar dat we een kaderstelling hebben gegeven als het gaat om een bedrag, dat de contouren van die uitwerking ons inderdaad zijn voorgelegd, maar dat er nadrukkelijk is gezegd: er volgt een uitwerking van die plannen. En dat wil ik aangrijpen om daar nog eens heel goed naar te kijken met een positieve grondhouding. Dat heb ik u ook al gemeld. Ik denk dat het gewoon goed is om dit filiaal hier te houden vanuit perspectief van gebruik door burgers. Dit is niet zeg maar een fysieke locatie die een keer in de vijf of in de tien jaar wordt bezocht door een burger. Als iemand lid is van de bibliotheek, dan komt die daar bijvoorbeeld veel vaker dan bij een Burgerloket. En daarom vind ik dat heel belangrijk dat we daar wat meer vestigingen hebben dan een centrale vestiging en dat je daar wel goed moet kijken naar wat je doet. DE VOORZITTER: Mijnheer De Jong, Trots op Nederland. DE HEER DE JONG: Dank u, voorzitter. Ik heb ook nog even een vraag over de bibliotheek Noord Oost. In de motie staat: in dit filiaal drempelloos internet te realiseren. Wat verstaat u daar precies onder? Drempelloos? DE HEER DE BEER: Drempelloos is zonder drempel, zonder spamfilter en zonder..., DE HEER DE JONG: Is dat gratis of DE HEER DE BEER: Dat lijkt me wel. Kijk, we hebben altijd, - en dat is even niet op grond van de andere meetekenende partijen, want dat zou je dan kunnen denken als ik een reactie op deze motie geef, dat mogen zij zelf antwoorden al dan niet -, maar wij vinden het heel belangrijk als het gaat om de digitaliseringslag die je maakt als gemeente, ook in je voorzieningen bij Burgerzaken, de digitale producten die je aanbiedt, hebben wij de schakel van de bibliotheek daar altijd heel belangrijk in gevonden. En daarom denk ik dat dat ook geborgd moet zijn. En ik vraag me dat dus af, het is een interessant voorbeeld wat u noemt, of dat dan ook geborgd is in de uitwerking van de plannen. En dat hebben we door puur en alleen te zeggen, bibliotheek van de toekomst 5 ton, vorig jaar, dat vond ik wat onvoldoende kaderstellend om dan te zeggen: oké, laat dan de rest maar waaien. Ik denk zeker dat als je een instelling verzelfstandigt, dat je dan nog zeker wat te zeggen hebt. De mate van sturing verandert, de instelling is niet meer hetzelfde, is niet meer binnen je ambtelijke organisatie, je hebt er een subsidierelatie mee. En dan mag je zeker nog wel sturen op de output, op de kwaliteit. DE VOORZITTER: Gaat u verder, mijnheer De Beer. DE HEER DE BEER: Ik had nog een motie. DE VOORZITTER: Ja. DE HEER DE BEER: Ik doe deze er ook meteen achteraan. DE VOORZITTER: Die kan ik al voorlezen? Verzoekt het college..., DE HEER DE BEER:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 36