391 Mijnheer Van den Berg. DE HEER VAN DEN BERG: Dank u wel, voorzitter. Allereerst uiteraard dank voor de antwoorden van het college. En ook dank voor de inbreng van de andere partijen. Vanavond weer veel geleerd. Een paar moties waar ik misschien iets over zou willen zeggen. Dat is onder andere die over de deregulering in de dienstverlening, ingediend door de voltallige coalitie eigenlijk. We hebben er eigenlijk niet zo veel vertrouwen in dat als dat al binnen 3 jaar niks is geworden, dat de resterende 9 maanden dat wel wat gaat worden. Dus derhalve vinden wij die motie overbodig en zullen wij die niet steunen. Goed om te zien dat de partij die onderwijs zo hoog op de agenda heeft staan, zelf ook wil leren. Derhalve uiteraard meegedaan met de moties over de bibliotheek, zeker ook omdat de flexibele filiaalmotie ons zo bekend voorkwam. Daar ook wat extra duiding. Ook wij zien dat gesprek in oktober toch nog wel een klein beetje open. Want ik vergelijk dat maar even met de VVD. Kijk, als je daar een bezuiniging op boekt en zegt dat kan leiden tot verlengde aanrijdtijden, dan verwacht ik niet dat ze terugkomen met 2 uur en 3 kwartier. Dus ik bedoel, dit is totaal iets anders dan het sluiten van enkele filialen, dit is een volledige ommekeer van het concept. En ik denk daar zouden we als raad toch nog wel iets over te zeggen willen hebben. DE HEER ELBERTSE: Voorzitter..., DE VOORZITTER: Mijnheer Elbertse, gaat uw gang. DE HEER ELBERTSE: Dus hoe ziet u dat? In oktober gaan we het er gewoon over hebben, over alle filialen? Wel of niet dicht? DE HEER VAN DEN BERG: Misschien niet over alle filialen, maar misschien eens kijken wat dan..., Kijk ik heb natuurlijk ook gesprekken gehad, net zoals wij allemaal waarschijnlijk, gewoon even duiding van wat wilt u nu precies. Hoe ziet u de geografische dekking binnen Breda, heeft u verschillen in wijken aangebracht, hoe ziet de populatie er uit. Dat lijken mij toch een heleboel zaken die relevant zijn om te bepalen of ergens nu wel of geen uitgiftefiliaal komt en hoe je de serviceverlening wil laten voorzien. DE HEER ELBERTSE: Nou ja, u sluit niet uit dat we dan op meerdere filialen uitkomen? DE HEER VAN DEN BERG: Nou ja, ik sluit helemaal niets uit. Ik denk niet dat je dat überhaupt ooit moet doen. Ik sluit zelfs niet uit dat we misschien zelfs tot de conclusie komen dat we in de Begroting geld moeten bijtikken. DE VOORZITTER: Goed. Gaat u verder, mijnheer Van den Berg. DE HEER VAN DEN BERG: Daarnaast heb ik vanavond geleerd voorzitter, dat je, hoe goed je je vijand ook kent, altijd alert moet blijven, misschien wel extra alert op subversieve elementen in eigen gelederen. En dat lijk ik vanavond onvoldoende te hebben gedaan, waarvoor ik alvast mijn excuses aanbied aan de inwoners van Ulvenhout en Prinsenbeek. Want mochten nu beide moties het vanavond niet halen, richting Loketfuncties, dan vind ik dit eigenlijk een absolute schoffering jegens het burgerinitiatief. Dus burgerinitiatief ja, behalve als het ons niet goed uitkomt. En de facto blijven we dan natuurlijk ook nog zitten met een wethouder die eigenlijk min of meer een motie, aangenomen door de raad, niet uitvoert. Maar goed, het is niet onze motie, dus ik voel me niet geroepen om daar wat aan te doen. Toch wil ik niet zuur afsluiten. Breda'97, of tenminste een oppositiepartij, krijgt natuurlijk altijd vaak het verwijt van: ja, jullie willen alleen maar extra geld uitgeven en jullie willen geen geld genereren voor de stad. Dat is zeker niet waar. Ook wij kijken naar verdiencapaciteit. En daar stuit ik eigenlijk op een lumineus idee. Dat vond ik zelf dan. Misschien wel de kip met de gouden eieren. Bladerend door BN De Stem, zag ik een mêlee aan artikel 41 vragen voorbij komen. En ik denk, als

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 64