540
Breda zal zich op dit terrein moeten houden aan de wetgeving. Maar we willen wel het college dat
het programma Toezicht en Handhaving 2014 vaststelt, de opdracht geven de juiste afweging te
maken in de prioriteitstelling. D66 vindt het belangrijk om de stad, de jongeren en de horeca
ondernemers te laten weten waar onze prioriteiten liggen en op welke wijze we zullen handhaven.
Wat D66 betreft, gaat het daarbij om 2 principes. Daar we ondernemers aantonen hun
verantwoordelijkheid te nemen via adequate leeftijdscontrole, informatie, afspraken rondom prijzen
en preventie, dient dit vertrouwen vertaald te worden in een bijbehorend laagfrequent
controlegedrag. Oftewel, zoals de burgemeester al aangaf in de commissievergadering, geen
heksenjacht op jongeren en zeker niet in die gelegenheden waar de zaken op orde zijn. Daar waar
dat niet zo is, mag en moet er volgens D66 wel opgetreden worden om te voorkomen dat er
vrijplaatsen ontstaan of dat nu binnen of buiten de horecaonderneming is. Met de nieuwe wet zal
het al lastig genoeg zijn om te voorkomen dat er op straat, in het park en op de pleinen
overlastsituaties ontstaan. Dat mag, wat D66 betreft, niet ten koste gaan van de noodzakelijke
investering in preventie en in het ontwikkelen van goede alternatieven voor 16 en 17 jarigen, waar
ouders, onderwijs en ondernemers bij betrokken moeten worden.
Met de volgende motie willen we het college ondersteunen...,
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Wilt u
MEVROUW DE BIE:
in een dergelijke aanpak.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Dank u wel.
Draagt het college op in de prioritering betreffende het programma Handhaving en Toezicht 2014
de nadruk te leggen op situaties waarbij de veiligheid in het gedrang komt.
Ruimte te bieden conform het principe vertrouwen verdient respect.
Oftewel laagfrequent toezicht bij horecaondernemers die een substantiële bijdrage leveren aan het
terugdringen van alcoholmisbruik en overlast door jongeren.
Ondertekend door D66, PvdA, BOB, VVD en GroenLinks.
Breda'97? Ik zie de handtekening niet.
DE HEER VAN DEN BERG:
Nee.
Mag ik even een vraag stellen?
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
O ja, natuurlijk ja. Neemt u mij niet kwalijk.
Een vraag.
DE HEER VAN DEN BERG:
Dank u voorzitter.
Op zich een hele sympathieke motie en het zou me ook helemaal niet verbazen als die het
vanavond gaat halen en het zou me ook helemaal niet verbazen als een en ander in de praktijk ook
zo uitgevoerd zou gaan worden. Derhalve misschien al een beetje overbodig. Maar door het dictum
zo weg te zetten, vindt u dan eigenlijk niet dat u het college een beetje in een lastig parket en in
casu de burgemeester in verlegenheid brengt?
MEVROUW DE BIE:
Nee, want op zich, als ik gewoon terug kijk naar het programma Toezicht en Handhaving, hoe dat
er voor 2013 uit zag, kon dat daar ook. Dus ik denk dat het ook voor 2014 ook prima zo geregeld
kan worden.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Dank u wel.
Dat was uw le termijn mevrouw De Bie?
Dank u wel.
Dan geef ik het woord aan de heer Scheltens.
DE HEER SCHELTENS:
Dank u wel.
