636
zuid. Voor dat model is gekozen. Als u zegt we hebben helemaal geen behoefte aan decentrale
voorzieningen, kunnen we daar ook voor kiezen. Ik denk datje dan alleen wel heel erg veel druk
op de Molenstraat gaat leggen en dat er wel behoefte is aan een beperkt aantal goede
wijkvoorzieningen met veel body.
Ik moet u met dat verhaal Ik snap waar u voor opkomt, ik snap het belang van die doelgroep, ik
deel dat. Juist daarom zou ik deze motie willen ontraden wantje helpt hier uiteindelijk de
doelgroep niet mee waarvoor je het denkt te moeten doen.
DE VOORZITTER:
Mevrouw Van Hasselt, wilt u even voorzitten?
DE BURGEMEESTER:
Motie stadsmariniers en de wijze van aansturing politie, ingediend door Partij van de Arbeid.
Natuurlijk dank voor de steun aan de stadsmariniers. Maar ik vind wel dat in het verhaal in de
motie een zwart wit beeld gecreëerd wordt alsof de stadsmariniers op kantoor zitten te typen als ze
niet in de wijk zijn. En ik denk dat het palet vele malen veelkleuriger is. Tevens kan ik u zeggen
dat ze op geen enkele wijze ook maar een pagina beleidsnota hebben gepubliceerd. Ze zijn soms
zeer druk, ook buiten kantoortijden, maar kantoorwerk zit er zeker niet veel bij of u moet doelen
op de vele mails en telefoons die binnen komen. En de werkwijze, ik heb het u al eerder gezegd,
en ik deel dat graag ook mede namens wethouder Arbouw en ik denk het hele college, omdat men
profijt ervaart van de stadsmariniers. Het is dermate dat inmiddels ook de stad Enschede al
gevraagd heeft naar onze ervaringen en met dit verhaal gaat starten. De aanpak is succesvol. Dat
blijkt ook uit de veiligheidstrend. En natuurlijk is er een negatief beeld rondom de woninginbraken.
Maar dat is een probleem in de ganse regio. En het is zelfs zo dat de stadsmariniers met name
doorlopend de acties plegen, afstemmen en daarbij betrokken zijn met alle medepartners. En ik
denk dat dat goed is.
We hebben overigens voor die inbraken, en ik merk dat u even zijdelings op, aan de minister
ondersteuning gevraagd en we hebben daarvoor een bedrag ontvangen voor het leveren van extra
expertise en ondersteuning wat wij moeten benutten vanaf oktober tot volgend jaar augustus voor
een bedrag van 250.000,--. En dat is in ieder geval toch een opsteker, ook in de concrete zin van
activiteiten.
Over het dictum van de motie: ik denk dat wat u vraagt compleet overbodig is. De ondersteuning
van de Buurtpreventieteams wordt in goed overleg tussen burgers, politie en gemeente geregeld.
En ook uitgebreid. Want we zitten inmiddels al op 35 projecten in onze gemeente. Daar bent u
overigens over geïnformeerd.
En het 2e deel van het dictum wordt ook al uitgevoerd en wel veel verdergaand dan door u
opgenomen. Niet alleen de politie agent maar ook de stad wordt door de stadsmarinier mede
aangestuurd. Maar ik durf haast wel te zeggen de halve professionele wereld is daarbij betrokken.
En juist die werkwijze en aansturing is zeker niet onopgemerkt gebleven. Want kijk ook maar naar
de nominatie voor de Hein Roethofprijs. Met andere woorden: ik denk dat wat u vraagt, al volop
geleverd wordt. En ik denk dat het ook niet zo kan zijn dat ze overal ook permanent bij aanwezig
kunnen zijn. Maar neem van mij aan dat veelvuldig bij alle teams de betrokkenheid zeer breed
aanwezig is en dat we daarin ook alles leveren. En in dat opzicht denk ik dat het niet nodig is de
motie in die zin te ondersteunen.
Dan heb ik nog een vraag over de organisatie, gesteld door de SP. Ik denk dat men bezig is met de
doorontwikkeling van de organisatie. U bent daar recentelijk over bijgepraat. We maken ook een
analyse van ontwikkelingen die onze taken beïnvloeden. Dit heeft een betekenis. Het is overigens
mijn overtuiging, en ik denk van het hele college, dat ook de externe invloeden en de enorme
transities die plaats vinden, een enorme impact zullen hebben op de ganse gemeentelijke
organisatie. En in dat opzicht kun je niet zeggen: wij moeten weer terug naar een nieuwe
takendiscussie. Wij zouden dan ons allen veel en veel te kort doen. Als u zegt daar een politieke
discussie over te wensen, dan moet u dat niet vragen aan het college. Dat zou niet juist zijn. Dan
denk ik dat u dat aan u mede collega's moet vragen. Of u kunt zeggen: ik organiseer dat via de
commissie of op andere wijze. Dat lijkt mij de juiste benadering. En dan is het aan het college om
daar verder mee om te gaan. Dus in die zin denk ik dat deze motie overbodig is en zeg ik:
organiseer dat met u als raad.
Dat was het, mevrouw de voorzitter.
DE VOORZITTER:
Dan stel ik voor dat we de vergadering met uw goedvinden..., 20.40 uur is dat een mooie tijd? Kunt
u daarmee volstaan? De meerderheid van de raad 20.30 uur?
Wat zegt u?
MEVROUW HAAGH: