701 Ja voorzitter, ik denk toch dat ik een wat ander geluid zal laten horen. In een Woonvisie kun je niet wonen, dat weet iedereen. Maar daarom is een visie niet minder belangrijk. Adrie Duivesteijn zei het al eerder deze week in Den Haag. Het gaat om nogal wat. We kunnen constateren dat er onvoldoende visie terug te vinden was in het woonakkoord. Sommigen van u zullen het met hem eens zijn geweest. Anderen van u zullen opgelucht zijn dat het kabinet verder kan met de plannen. Of misschien zelfs wel blij. Blij dat we verder kunnen maar ook bezorgd over de consequenties. Wat het ook is, u zit hier als volksvertegenwoordigers van Breda. En ook in Breda hebben we ons over dit onderwerp gebogen deze week. Wonen is voor de Partij van de Arbeid meer dan het stapelen van stenen. Daarom stellen we ons ook de vraag: wat kan wonen nou betekenen voor onze samenleving. Dan gaat het om belangrijke vraagstukken zoals sociale cohesie of bijvoorbeeld de demografische ontwikkelingen. Of ontgroening en vergrijzing. Een visie op meedoen, een visie op samenleven. De participatiesamenleving, ook daar, hoe je die term ook definieert, kan wonen bijdragen daaraan. Die visie wordt ook hier in Breda gemist. We hebben vanavond niet de pretentie om daar nog iets aan te kunnen veranderen. Maar we komen er op terug. Want waar we ook kunnen, zullen we onze visie vertalen naar concrete actieprogramma's. Dit college geeft ons daar weer goed de ruimte voor met deze Woonvisie door met dit document te komen waar je nauwelijks op tegen kunt zijn. In de commissie werd het ook veelvuldig erkend en uitgesproken: het is vooral een stand van zaken, een halffabricaat. Een analyse, een goed overzicht maar weinig keuze, maar daarom dus wel ruimte voor ons als raad om dat verder invulling te geven. Dus vanavond niet veel voorstellen en vragen maar een zeker realisme. U hoort ons zeker weer terug bij de uitwerking van de studentenhuisvesting, bij de uitwerking van wijkontwikkeling, bij de uitwerking van de beleidsrichtlijn kamerverhuur, bij de uitkomsten van het woonlastenonderzoek. Want hier ligt onze grootste zorg. Een enorme groep inwoners heeft te hoge lasten op het gebied van wonen in relatie tot inkomen. En dat neemt alleen maar toe. We willen dan ook zeker dit onderwerp agenderen in de commissie. En dan hoort u weer van ons. En ook bij elk plan dat aan ons wordt voorgelegd, zullen we weer de vraag stellen: wat willen we nou in Breda? Wat is onze vraag? Dit blijft helaas nodig. Want deze visie kan daarbij niet als toetssteen worden gehanteerd. En vervolgens zult u ons horen bij het uitvoeringsprogramma. We zijn dus niet minder kritisch, hooguit wat moegestreden. Maar we blijven vol passie en positiviteit. Teleurgesteld, maar we blijven wel hopen. Een nieuw jaar, nieuwe ronde, nieuwe kansen. Dus op naar een uitdagend en hopelijk inspirerend 2014. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter, mag ik een vraag stellen? Teleurgesteld. U begint heel scherp van de Woonvisie is eigenlijk helemaal niets. Maar u moet toch toegeven dat dat gewoon komt door uw eigen partij in Den Haag. Die zit in een coalitie in Den Haag en die besluit gewoon 1,7 miljard te snijden uit alle geld uit corporaties, gewoon weg, ze kunnen niks meer investeren. Dat is toch uw eigen partij geweest die dat gedaan heeft? Bent u nou teleurgesteld in de visie die nu voorligt of in de besluiten van uw eigen partij in Den Haag? Wat is het precies waarin u teleurgesteld bent? MEVROUW BIJLSMA: Ik sta hier vooral als vertegenwoordiger van de fractie in Breda. En dan zult u begrijpen dat wij ook niet staan te springen om de maatregelen vanuit Den Haag. Maar ik ga hier over Breda. En daar hebben we het over. In die Woonvisie zijn we teleurgesteld. En als we ook kijken naar uw motie, ja dan zijn dat uw woorden. En dat zijn absoluut niet onze woorden. Dus nee, we staan daar niet te springen. Maar waar u het heeft over doordrukken van bepaalde onderwerpen, daar hebben wij het over democratie. En dat we in Breda zullen moeten kijken hoe we daarmee omgaan, dat is een tweede. En de corporaties, ja daarover kun je van mening verschillen, de heffing, ja hoe dat uitpakt, en volgens uw woorden is het desastreus, nou wij gaan dat zien lokaal. En dan willen we dus een plan van aanpak hebben, hoe we daar in Breda op gaan reageren. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter DE HEER LIPS: Voorzitter DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter, mag ik vragen DE VOORZITTER: Mijnheer Van Lunteren. En dan mijnheer Lips. DE HEER VAN LUNTEREN:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 32