727
DE HEER VAN DEN BERG:
Dank u wel, voorzitter.
Het spreekwoord zegt: geld maakt niet gelukkig. En ik ga nu een project van 170 miljoen euro met
een ganse reikwijdte over de hele stad, - de heer Quaars kwam er ook op terug -, proberen samen
te vatten in een minuut. Ik weet niet of ik er gelukkiger van word. Misschien krijg ik links en rechts
wat tintelingen; we zullen kijken. Er is natuurlijk al verschrikkelijk veel over gezegd en gesproken.
Eerste, tweede en derde opinies, nog een keer kijken, nog een keer beraadslagen. En alles
overwegende, staat Breda'97 op dit moment op het punt dat we deze kans op dynamiek op deze
plek in de stad niet kunnen laten lopen.
Zien wij dan geen beren op de weg? Natuurlijk wel. Het zou heel vreemd zijn als er bij dit soort
projecten geen beren op de weg zouden staan. Maar in principe moeten die volgens ons te
omzeilen kunnen zijn. En over een heleboel beren gaat de raad ook nog eens zelf. Dus volgens mii
hebben we dat zelf in de hand.
Onze grootste bezwaarpunten waren altijd de borging van het flankerend beleid zoals verwoord in
de stukken van onder andere de heer Gianotten en de beeldkwaliteitsplannen en de
architectonische uitstraling. Daarvoor ook mede ondertekenaar van de motie van D66. En de
laatste aanpassingen zijn gisteren zelfs nog binnen gekomen. Dus daarvoor zijn we ook positief.
Op dit moment vinden wij dat een en ander voldoende geborgd is in de stukken om deze
deelbeslissing, want laten we dat ook niet vergeten voorzitter, er komt nog een beslismoment, een
soort final financial resign review in goed Nederlands. Maar met deze deelbeslissing op dit moment
met de voorliggende stukken, daar kunnen wij inderdaad instemmen.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Nog andere leden van uw raad?
Het woord is aan de wethouder.
Wethouder Meeuwis.
WETHOUDER MEEUWIS:
Voorzitter, er zijn niet heel veel vragen gesteld. Maar dat geldt alleen voor deze ronde in dit
proces. We zijn de afgelopen jaren bezig geweest aan een volgens mij interessante route waarin
we van zorg, de discussie met elkaar hebben omgebogen naar verantwoordelijkheid nemen voor
iets waar je niet alleen met een simpel nee mee uit de voeten kunt.
Over de Lange Stallen, over de invulling van de Lange Stallen, dat zie je, dat heb ik eerder gezegd
als je in het Stadsarchief rond loopt, wordt er al bijna 40 jaar gesteggeld, als ik het even met een
goede Nederlands woord mag omschrijven. En als ik zie hoe we dit proces met elkaar hebben
bewandeld waarbij de raad een grote rol en een grote verantwoordelijkheid voor zichzelf heeft
genomen, met deskundig advies aan de slag is gegaan, zelf zaken op de agenda heeft gezet, en
feitelijk ook het proces tot besluitvorming eigenhandig heeft vorm gegeven, dan is dat misschien
ook wel, als ik even een groot woord mag gebruiken, een historisch element in dit proces. Want
het is wel een soort van markering waar we nu tegen aan lopen als uw raad zo meteen in positieve
zin besluit. Want het is, met alle opmerkingen die ik daar zo nog over maak, natuurlijk wel een
besluit waarbij we zeggen als stad, namens al die mensen die daar wonen, namens al die mensen
die daar ondernemen, van wij denken en wij vinden dat als aan onze lijst met voorwaarden is
voldaan, dat dit moet gebeuren. Daarmee is het in die zin een onomkeerbaar proces omdat je de
voorwaarden goed definieert en die ook in je proces zelf ter besluitvorming en ter accordering aan
deze raad voorgelegd wil hebben. Daarmee is het dus niet vrijblijvend. Daarmee zijn de risico's,
voor zover wij hier met z'n allen die hebben kunnen invullen, kunnen bedenken, geadresseerd.
Daarmee is het een proces en daarmee is het ook de reden om de vraag waarom moeten we dit
doen, die gesteld is, is dat we op een verantwoorde manier invulling geven aan een open vraag
voor een open stuk stad. En ik ben blij dat we daar met elkaar zijn kunnen komen.
En op de vraag welke risico's lopen we, het volgende. De wereld is niet risicovrij. De heer Bakker
omschrijft dat en geeft dat ook in zijn amendement aan en zegt: tot het moment van de definitieve
afvinking van het contract wat wij met deze ontwikkelaar stellen, is er het enig risico dat het niet
alsnog..., dat we daar niet uitkomen. Dat is een, nou goed, naar mijn taxatie een risico wat niet
groot is. Maar het is er wel. Want we hebben volgens mij stevige eisen neergelegd. Maar er komt
wel een moment nog, en dat moment gaat niet ver van hier liggen, waarin we met elkaar een
overeenkomst gaan bespreken. Dat heeft u gevraagd en dat heb ik u toegezegd. U gaat hier zelf
beoordelen hoe die juridische vertaalslag is geweest van de wensen of de eisen die deze raad
namens de stad aan deze ontwikkeling heeft gesteld. Ook de uiteindelijke ontwerpen van de VO
naar de DO, - een hoop geleerd ook weer -, die ook hier allemaal ter tafel zullen komen. En
daarmee voldoende checks and balances...,