1
Wil de wethouder hierop nog reageren?
Een korte reactie?
WETHOUDER AKINCI:
Heel kort.
Volgens mij heeft de heer Hardorff zojuist inderdaad twee kanten van de discussie belicht.
Uiteraard betekent dat dat we in gesprek moeten blijven met MOTI om ook hen scherp te houden
op het verwezenlijken van die doelstellingen die we met z'n allen willen. Ik vind dat de heer
Hardorff dat prima verwoord heeft. En volgens mij klopt het dictum van de motie nu ook met de
bijdrage zoals ik hem in ieder geval bedoeld heb en volgens mij ook met de intentie van de raad.
Dus prima.
DE VOORZITTER:
We gaan over tot
Nog andere reacties?
Dat zijn dan stemverklaringen nietwaar? Zo wil ik het dan wel zien.
We zijn nog steeds met het vragenuur bezig en het reglement wat u zelf uiterst accuraat heeft
vastgesteld.
Stemverklaring, mijnheer Ernst.
DE HEER ERNST:
Dank u wel, voorzitter.
Normaal zijn we er niet van om zeg maar toezeggingen van het college in de motie te stoppen.
Maar ook, en daarin sluiten we toch aan bij de PvdA, dat de urgentie om duidelijk te maken aan
hoe wij hierover denken aan MOTI, maar ook aan anderen in het veld, doet besluiten dat wij
hiermee mee stemmen.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Elbertse, CDA.
DE HEER ELBERTSE:
Ja voorzitter, wij zien in deze motie prima verwoord onze zorg. En ook naar de toekomst toe zien
wij daarin de discussie met vertrouwen tegemoet nu.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Van Lunteren, SP.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ja, jammer van deze afzwakking. Het had harder gekund wat ons betreft, dat is duidelijk. Maar we
zullen hem steunen want iedere stap die kant op is een goede.
DE VOORZITTER:
Nog anderen?
Mijnheer Kluijtmans, D66.
DE HEER KLUIJTMANS:
Dank u wel, voorzitter.
Normaal sluit ik inderdaad bij de heer Ernst aan. Wij zijn ook Wij waren al tevreden met de
toezegging van de wethouder. Maar wij zullen deze motie uiteraard steunen omdat we het eens
zijn met het dictum.
En daarnaast wil ik nog even aangeven dat, wat ons betreft, herijking van cultuurbeleid breder is
dan alleen MOTI.
Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Van den Berg, Breda'97.
DE HEER VAN DEN BERG:
Dank u wel, voorzitter.
Ja, ook alles in historisch perspectief bekijkend, want het is niet de eerste keer dat we over MOTI
spreken, en alles wat breder afwegend over het bedrag waar we het over hebben, vinden we het
eigenlijk ook jammer. Want een van de taken als gemeenteraadslid is toch ook kaders stellen en
die kaders hadden we in deze zaak liefst wat scherper gesteld. Maar dit is het hoogst haalbare. Dus
we zijn voor.