12
DE VOORZITTER:
Andere leden van uw raad?
Dan gaan we over tot stemming.
Wie is voor de motie?
Deze motie is unaniem aangenomen.
Aan de orde de VVD en de vragen over de Eigen gemeentelijke inlichtingendienst.
Ik nodig mevrouw Van Hasselt uit om even het voorzitterschap over te nemen.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Ik geef het woord aan de heer Ernst.
DE HEER ERNST:
Ik dacht even dat de burgemeester zelf ging voorlezen. Maar dat bleek mee te vallen.
Ja voorzitter, gisteren gaven de burgemeesters van Eindhoven en Tilburg in Trouw in het kader van
de strijd tegen de georganiseerde criminaliteit, die steeds inventiever en creatiever wordt, aan met
een eigen inlichtingendienst te willen gaan werken. Eigen inlichtingsambtenaren die zelf
politiegegevens analyseren omdat politie en justitie daar niet aan toe komen. Naast de gegevens
van de politie hebben deze ambtenaren ook nog toegang tot gegevens van de gemeente waardoor
een nog betere kwantitatieve analyse gerealiseerd kan worden.
Deze veelal kleine criminaliteit doet veel met de veiligheid en het veiligheidsgevoel. En in onze
begroting van 2014 die in november is aangenomen, staat: versterking van de informatiepositie en
het bestuurlijk instrumentarium blijven belangrijke speerpunten. En voor de liefhebber: het staat
op pagina 106, bovenaan.
De VVD heeft daarover 2 vragen aan het college.
1. Hoe denkt u over de werkwijze zoals deze nu in Eindhoven en Tilburg gebruikt wordt om de
veiligheid te vergroten?
2. Zijn we hier in Breda al mee bezig en zo ja hoe loopt dit en zo nee, waarom nog niet?
Dank u wel.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Dank u wel.
Ik geef het woord aan de burgemeester.
DE BURGEMEESTER:
Inderdaad, Trouw meldt dat Tilburg en Eindhoven eigen inlichtingendiensten inrichten.
Inlichtingendiensten, mag ik het zo duiden, een mogelijk mediagenieke term, die geheid denk ik
ook weer associaties oproept met nationale veiligheidsdiensten en recente afluisterschandalen.
Mogelijk heb ik ook zoiets op een andere wijze deze week meegemaakt. Maar goed, ik denk dat de
kop geen recht doet aan de werkelijkheid. Het gaat namelijk, als je de inhoud volgt, over de
gemeentelijke informatieorganisaties en de gegevensuitwisseling tussen veiligheidspartners. En
iedere zichzelf en de veiligheid respecterende stad is daarmee bezig. Ook wij in Breda, ook samen
met de B5 steden, maar ook met andere steden in onze politieregio en in ons district. Wij hebben
in toenemende mate, burgemeesters en gemeenten, een regiefunctie te vervullen. Maar het lokaal
bestuur heeft die regiefunctie.
En ik wijs nog eens met dit punt naar hoofdstuk 7 van ons Jaarplan Veiligheid. We hebben dat
vorige week besproken. En ik wil nog de komende maand in de raad spreken over het
communicatieplan wat daarbij hoort. Laat ik dat ook even gezegd hebben.
Waar het nu om gaat, is het maken van analyses. En dat gebeurt voor zware criminaliteit op
regionaal niveau, tussen de samenwerking van de partners. Maar op subregionaal niveau doen we
zelfstandig veel op fenomenen als woninginbraken, overvallen en straatroof. En zo wordt op dit
moment in Breda met steun van het Ministerie van Veiligheid en Justitie gewerkt aan een tactisch
strategische analyse op het gebied van woninginbraken. En dat zal de eerste zijn in een reeks en
worden gebruikt als vliegwiel om te komen tot het structureel uitvoeren van fenomeenanalyses. En
dan mag je denken aan straatroven, aan jeugdcriminaliteit, synthetische drugs, etcetera. Wij
beschikken zelf natuurlijk over ongelooflijk veel informatie. En laat ik voorop stellen: je moet met
die privacy zorgvuldig omgaan. En dat doen wij volgens mij ook. Maar ook over feiten, over
organisaties, locaties en gebieden. En de Belastingdienst heeft weer andere. Het gaat vooral dus
om het maken van analyses op basis van gedeelde informatie en niet om investeren in wat
inlichtingen genoemd wordt. Ik kan dat niet voldoende genoeg benadrukken. Ten aanzien van die
gedeelde informatie hebben de B5 gemeenten gezamenlijk aan de Minister gevraagd om
medewerking zodat structurele informatie uitwisseling mogelijk is en dat we daarmee betere
