102 Ja, en daar staat ook bij dat wij in 2017 een tussenbalans maken en dan gaan kijken of dat en wat wij gaan doen. En het zou zelfs kunnen betekenen lastenverlichting. Dus..., DE VOORZITTER: Goed. Ik denk dat DE HEER ADANK: Beloofd is lastenverlichting mijnheer Elberste. DE VOORZITTER: Goed, ik DE HEER ELBERTSE: Luisteren mijnheer Adank. In 2017 gaan wij opnieuw een tussenbalans herijken. En dan gaan wij kijken wat wij eventueel gaan doen. En dan zou het zelfs zo kunnen zijn dat het een lastenverlichting is. Dat zou kunnen. DE VOORZITTER: Goed, ik denk dat dit gewisseld is. DE HEER ADANK: Dus het perspectief wat u geeft, is eigenlijk gebaseerd op niks? DE HEER ELBERTSE: Het meerjarenperspectief klopt en sluit. Want wat wij doen in 2017 nu, is gewoon het weerstandsvermogen verhogen. Ook dat kan een blijvend resultaat zijn. Dus ik begrijp uw probleem niet. Ik snap wel dat u aan het zoeken bent. Maar is het is zo..., nou ja, het fundament wat daar staat, is gewoon een goed fundament. Wat wilt u nou nog meer? Het weerstandsvermogen verhogen, dat is in feite ook wat u vraagt in uw verhaal. Nou dat kan mogelijk op dat moment gebeuren. Maar in 2017 gaan we gewoon kijken hoe de stad er voor staat. DE VOORZITTER: Ik denk dat dit voldoende gewisseld is. Het woord is aan mijnheer Van der Velde, Partij van de Arbeid. DE HEER VAN DER VELDE: Voorzitter, ik blijf hier even zitten. Ik heb in de afspraken tijdens de schorsing geen inhoudelijke vragen op me genomen. Maar ik wil wel graag de sprekers bedanken voor de felicitaties. En ik stel voor dat wij ook als Partij van de Arbeid met volle kracht in deze nieuwe situatie aan de slag gaan, samen met de hele raad. Dank u wel. DE VOORZITTER: Mijnheer Akinci, GroenLinks. DE HEER AKINCI: Voorzitter, ik kan me naadloos aansluiten bij de woorden van de heer Van der Velde als het gaat om de dankzegging die er is geuit over de felicitaties die gedaan zijn. Maar misschien voeg ik daar ook aan toe, ook dank voor de kritiekpunten. Want het is natuurlijk pas een goede inhoudelijke discussie op het moment dat je ook met elkaar, - ik zei dat ook al in de le termijn -, kijkt naar de punten waar je van visie of van mening verschilt. Er zijn ook een aantal inhoudelijke vragen gesteld. En ik denk dat het past om als een van de 5 vertegenwoordigers nu in de raad, van de raadsfracties, die samen de coalitie wensen te gaan vormen, om daarop in te gaan. Dat zijn we volgens mij ook aan u verplicht. En laat ik beginnen met een opmerking van de Heer De Beer, zijn zorg over de ruimtelijke ordening in de stad. U maakte zich zorgen daar waar de Structuurvisie was verzwakt tot slechts een leidraad. Voor mij waren dat uw woorden. Als dat zo geweest zou zijn, dan had ik schouder aan schouder naast u gestaan met diezelfde zorgen. Maar wat er in het akkoord ook staat, is dat het de kaders vormt waaraan wij vasthouden, dat het het uitgangspunt is van het beleid over de komende 4 jaar. En daarmee is wat mij betreft geborgd dat de Structuurvisie, die inderdaad samen met de stad tot stand gekomen is en die met een raadsmeerderheid is aangenomen vorig jaar, dat die geborgd is als uitgangspunt beleid ook voor de komende tijd. En het winstpunt vind ik zelfs dat met dit akkoord die Structuurvisie door een breder aantal partijen wordt onderschreven dan destijds bij de totstandkoming het geval was. Dus volgens mij mogen we hier daadwerkelijk spreken over een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2014 | | pagina 21