103 document wat inmiddels wordt ondersteund door 100% van deze raad. Ik denk dat dat een winstpunt is. En wij kunnen elkaar ook houden aan het feit dat die Structuurvisie ook de komende jaren gevolgd zal moeten gaan worden. Is het daarmee een in beton gegoten verhaal? Nee. Er is altijd flexibiliteit nodig omdat je ontwikkelingen tot 2030 niet nu al helemaal kunt voorspellen. Maar het feit dat het een kader, een uitgangspunt, en vooruit, ook een leidraad is, volgens mij moet ons dat sterken in die ambities als het gaat om de ruimtelijke ordening in de stad. Het tweede onderwerp voorzitter, wat ik kort de revue wil laten passeren, zijn de vragen met betrekking tot een aantal financiën. Ja, de OZB wordt, zoals nu in het meerjarenperspectief staat, inderdaad verhoogd. Wel in relatie tot andere lasten. Want het uitgangspunt van deze coalitie is dat de lokale lasten voor het gemiddelde huishouden in Breda de komende 4 jaar het inflatiecijfer volgen. Welk inflatiecijfer is dat? Dat is het inflatiecijfer wat wij altijd hanteren in Breda, tot nu toe in ieder geval, het gewogen loon-prijs indexcijfer wat vastgesteld wordt door het CPB. DE HEER ADANK: Voorzitter, zou ik een vraag mogen stellen over DE VOORZITTER: Gaat uw gang. DE HEER ADANK: over de bewoordingen die de heer Akinci zojuist gebruikt? Eigenlijk een hele simpele. U geeft aan: de OZB gaat omhoog. Heel helder, heel duidelijk. Hoe duidt u dan de woorden die het CDA zojuist uitgesproken heeft dat het mogelijk misschien zelfs wel verlaagd zou kunnen worden? DE HEER AKINCI: Ik heb het over het meerjarenperspectief zoals dat nu hier staat. Het kan zijn..., DE HEER ADANK: Daar had ik het ook over met de heer Elbertse. DE HEER AKINCI: Ja. Het kan zijn, want dat is het moment, want het is een majeure beslissing, los van of je nou links of rechts in het spectrum van de politiek staat, en hoe je aankijkt tegen lasten, is het inderdaad wel een puntje, een dingetje. Dus dat betekent dat je op het moment dat je voor die keuze staat, ook wel even met elkaar wilt gaan kijken, is dat nog nodig voor dat sluitende meerjarenperspectief wat we echt van belang vinden. En op het moment dat blijkt dat het meerjarenperspectief in 2017 er gezonder uit ziet dan de uitgangspunten in het overdrachtsdocument waar we op dit moment vanuit gaan, dan kan die OZB verhoging minder zijn. En dat kan betekenen dat er sprake is in het overgangsjaar 2016-2017 van een reële lastenverlichting voor wederom het gemiddelde huishouden in Nederland. Want de mix enerzijds afvalstoffenheffing rioolheffing anderzijds OZB dat betekent voor verschillende mensen met verschillende koopkrachtplaatjes wel een verschillend iets. De een zal het nivellering noemen, de ander..., Nou ja goed, daar kunt u allerlei waardevrije of minder waardevrije labels aan vasthangen. Maar dat is de situatie zoals die is beschreven hierin, overigens niet zo heel veel anders als 2 jaar geleden is gebeurd in het Bredase. Voorzitter, het laatste punt als u mij toestaat, en de heer Maes heeft daar ook al iets over gezegd, namelijk de parkeertarieven. Er staat in het akkoord wat er staat. We gaan onderzoeken wat de effecten zijn van een aanpassing van de parkeertarieven. En daar zijn een aantal verschillende geloven over in de wereld. Sommige mensen denken dat met een kleine draai aan de parkeertarieven er ineens massa's mensen meer naar Breda komen en naar de binnenstad komen. Anderen denken dat dat wel meevalt. Sommige mensen vinden de parkeertarieven in Breda heel hoog. Anderen vinden het ten opzichte van vergelijkbare gemeenten heel laag. En er zijn er ook nog bij die zeggen: in plaats van te investeren in parkeertarieven, kunt u beter investeren in andere vormen van aantrekkelijkheid van die binnenstad. Dat moet geen discussie tussen gelovigen worden als het gaat om dit onderwerp. Het moet een discussie worden op feiten. Dan heb ik liever het onderzoek dan nu al op voorhand, zoals u vraagt in de motie, en zeggen: verlaag die maar de komende tijd. Want volgens mij gaan we dan niet uit van de feiten en de inhoud die ook u zo van belang vindt, maar gaan we uit van gevoelens. En volgens mij moet een bestuurder ook uitgaan van feiten. DE VOORZITTER: Ik dank u zeer. Het woord is aan mijnheer Van den Berg, Breda'97.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2014 | | pagina 22