Ill
MEVROUW HAAGH:
Ja.
DE VOORZITTER:
De heer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ja.
DE VOORZITTER:
Dan is nu het moment aangebroken dat de wethouders de eed of de belofte afleggen. En ik wil de
leden van de raad en de overige aanwezigen die in de gelegenheid zijn om te staan, om ook te
gaan staan. Ik zal de beide teksten voorlezen en afhankelijk van uw keuze antwoordt u in geval
van de eed: zo waarlijk helpe mij God almachtig. En daarbij steekt u de 2 juiste vingers naar boven
op. In geval van de belofte zegt u: dat verklaar en beloof ik.
Ik lees eerst de tekst van de eed voor en dan de tekst van de belofte.
Ik zweer dat ik om tot wethouder benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke
naam of voorwendsel ook, enige gunst of gift heb gegeven of beloofd. Ik zweer dat ik, om iets in
dit ambt te doen ofte laten, rechtstreeks noch middellijk, enig geschenk of enige belofte heb
aangenomen of zal aannemen. Ik zweer dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten
zal nakomen, en dat ik mijn plichten als wethouder naar eer en geweten zal vervullen.
En nu de tekst van de belofte.
Ik verklaar dat ik om tot wethouder benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke
naam of voorwendsel dan ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik verklaar en beloof dat
ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk, enig geschenk of enige
belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik beloof dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik
de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als wethouder naar eer en geweten zal vervullen.
De heer Akinci.
DE HEER AKINCI:
Dat verklaar en beloof ik.
DE VOORZITTER:
De heer Van den Berg.
DE HEER VAN DEN BERG:
Zo waarlijk helpe mij God almachtig.
DE VOORZITTER:
De heer Bergkamp.
DE HEER BERGKAMP:
Zo waarlijk helpe mij God almachtig.
DE VOORZITTER:
Mevrouw Haagh.
MEVROUW HAAGH:
Dat verklaar en beloof ik.
DE VOORZITTER:
De heer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Dat verklaar en beloof ik.
DE VOORZITTER:
Ik feliciteer u allen nu van harte met uw benoeming maar ik wil u ook uitnodigen direct achter de
tafel te gaan zitten. Na afloop bent u in de gelegenheid om de zoenen en bloemen in ontvangst te
nemen. U moet het even stellen alleen met het bloemetje van de voorzitter namens de raad en
allen hier aanwezig.
