125
Ja voorzitter, ik was als tweede. Dus ik heb helaas niet de eer om dit college te feliciteren met hun
eerste vragen. Dan slaan we de wittebroodsweken maar meteen over.
Ik heb een aantal vragen, de WD fractie heeft een aantal vragen, ten aanzien van het Bredaas
Museum. Want dit is een dossier wat al langere tijd voortsleept. Voor het laatst heeft de
gemeenteraad over dit dossier gesproken op 27 februari 2014 op initiatief van het CDA. Wethouder
Akinci heeft toen de toezegging gedaan aan deze raad om ons op de hoogte te houden van de
ontwikkelingen die er zouden zijn ten aanzien van het Bredaas Museum. En in de laatste commissie
Maatschappij in april alweer, heb ik ook de wethouder gevraagd om ons een update daarover te
geven.
In de tussentijd voorzitter, is er een hoop gebeurd rond het Bredaas Museum. 3 van de 5 personen
die werkzaam zijn bij het Bredaas Museum zijn op non actief gesteld. En inmiddels zijn we weer 6
weken verder. En er is weinig veranderd. En wij kunnen niet anders dan concluderen dat het
museum deels op zijn gat ligt. De telefoon wordt niet opgenomen. En afgelopen week hebben wij
ook weer bezorgde burgers gekregen die eigen initiatief tonen met een fantastische maquette van
de Kwatta fabriek. Ik ken hem helaas gezien mijn leeftijd niet. Maar ik zou hem graag in maquette
willen zien. Maar deze komt simpelweg tot de conclusie dat er onvoldoende capaciteit bij het
Bredaas Museum is om deze persoon verder te helpen.
Voorzitter, ondanks mijn toezegging van de wethouder in april, heb ik geen informatie mogen
ontvangen van de wethouder ten aanzien van het Bredaas Museum.
En ik kan toch niet anders dan de conclusie trekken dat de urgentie toch een klein beetje zoek is.
En ik ben dan ook benieuwd naar welke regie wethouder Akinci op dit dossier heeft.
Vandaar dat de WD fractie een aantal vragen heeft, voorzitter.
Welke acties heeft het college ondernomen ten aanzien van het Bredaas Museum sinds de
toezegging van wethouder Akinci op 27 februari in de commissie Maatschappij om de raad op de
hoogte te houden van de ontwikkelingen rondom het Bredaas Museum?
Waarom heeft het college de raad en de stad niet geïnformeerd over de onrusten bij het Bredaas
Museum de afgelopen periode?
Wat is de opvatting van het college op de ontstane onrust binnen en buiten het Bredaas Museum
de afgelopen periode?
Acht zij de huidige situatie wenselijk?
Wat is de opvatting van het college ten aanzien van de bestaande bezuinigingstaakstelling? Blijft
deze overeind of niet?
Hoe ziet het college de problemen van het Bredaas Museum in relatie tot hetgeen wat er
opgeschreven is in het coalitieakkoord?
Moet het museum deze problemen zelf oplossen of komt er een actieve houding vanuit het college?
En als het college het dan zou willen oppakken in relatie tot de nieuwe Cultuurvisie, wat is dan de
urgentie van het aanpakken van de problemen bij het Bredaas Museum?
We weten allemaal wat een nieuwe visie kost, helemaal samen met het veld, kost nu eenmaal
behoorlijk wat tijd.
En wacht het college met acties ten aanzien van de onrust bij het Bredaas Museum op deze visie?
Hoe lang is het college van plan deze situatie te laten voortduren?
En mijn laatste vraag voorzitter, bijna een na laatste vraag: welke acties gaat het college in de
toekomst plegen om een einde te maken aan de huidige situatie? In welk tijdspad mag de Raad dit
verwachten?
Wanneer denkt het college weer een normale situatie te hebben gecreëerd ten aanzien van het
Bredaas Museum?
Tot zover, voorzitter.
DE VOORZITTER:
Goed. Ik heb u gemeld dat de verantwoordelijk wethouder in het buitenland is. Ik stel voor dat zijn
plaatsvervanger, de heer Van den Berg, beantwoordt. Maar ik zou, en ik geloof ook dat dat
alleszins redelijk is, een aantal vragen en gedachten ook mogen verwijzen naar de raadscommissie
Maatschappij de komende maanden. En ik denk ook niet dat we vanavond het coalitieakkoord
debat nog eens moeten gaan overdoen. Dat wil ik wel even gezegd hebben.
En dan geef ik nu het woord aan de wethouder.
WETHOUDER VAN DEN BERG:
Ja dank u wel, voorzitter.
In antwoord op de vragen van de heer Aartsen, heb ik eigenlijk alle vragen in een verhaaltje
gepakt en ik hoop daarmee u voldoende te informeren.
Er hebben gesprekken plaats gevonden met het personeel en de interim directie van het museum.
Ook hebben diverse gesprekken plaats gevonden met de stakeholders die betrokken zijn bij het
museum. Op dit moment is het voltallige personeelsbestand weer aan het werk. Er is niet over de
onrust niet gecommuniceerd omdat het hier een personele kwestie betrof. Vanzelfsprekend acht
