126 het college het niet wenselijk, - onrust dat is natuurlijk op geen enkel gebied goed en omdat het een personele kwestie betreft kan het college niet verder ingaan op de oorzaken hiervan. Op dit moment neem ik de wethouder Cultuur waar. Maar omdat deze specifieke vraag ook ingaat op een personele kwestie, wil ik vanuit mijn rol als wethouder Organisatie en Personeel hier toch ook nog graag een aanvulling op geven. Juist omdat het nu een interne personele bedrijfsvoeringskwestie betreft, kan het college niet alleen, maar wil het college hier ook niet mee naar buiten treden. We spreken over individuen en we spreken over mensen en mijn verantwoordelijkheid, met name ook in de vertrouwenssfeer naar het personeel en interne bedrijfsvoering toe in deze gemeentelijke organisatie, voel ik dat zelf heel erg sterk. En ik spreek dan ook de hoop uit dat de raad niet van mij verwacht dat ik elke week hier een spreadsheet aanlever van personele mutaties binnen het stadskantoor. Ik denk niet dat we die kant op moeten gaan. Voorzitter, het college is van mening dat de opgelegde taakstelling niet past bij de ambities die deze stad heeft als stad van Erfgoed en beeldcultuur. De komende maanden wordt samen met de stakeholders verder vorm gegeven aan een concrete vertaling van een nieuwe visie in een museaal plan. Het museum is in de huidige situatie onderdeel van de gemeentelijke organisatie. Het college pakt samen met de stakeholders deze opgave op die voor ons ligt. We pakken dat actief op. En dat doen we conform het nieuwe coalitieakkoord. De herijking van factor C hangt natuurlijk nauw samen met de toekomst van het Bredaas Museum maar tegelijkertijd dienen we het Bredaas Museum ook een toekomstvast perspectief te bieden. En deze twee opgaven laten we niet in de tijd elkaar opvolgen, ze zijn niet volgtijdelijk, maar ze lopen gewoon in een parallel traject. En ondertussen wil ik daar nog aan toevoegen: op dit moment zijn er hele mooie dingen aan de gang in het Bredaas Museum. Tot 15 januari de Medici, een vorstelijke wereld van papier. En gaat dat zien, gaat dat zien, ook voor de kijkers thuis. DE VOORZITTER: Dank u zeer. Dan ga ik even naar de vraagsteller. Mijnheer Aartsen, gaat uw gang. DE HEER AARTSEN: Voorzitter, ik ben toch een beetje verwonderd over het antwoord wat de wethouder geeft. Want namelijk de wethouder, en daarmee dus ook een politiek besluit, heeft ervoor gekozen om 2 mensen van de ambtelijke staf plaats te laten nemen namens de wethouder Cultuur in de directie van het Bredaas Museum. En daarom vind ik dus ook principieel dat ik daar ook het college of de wethouder over zou mogen aanspreken. Anders is het namelijk een hele mooie schijnvertoning om geen informatie of geen commentaar meer te mogen leveren op het beleid wat de wethouder Cultuur voert ten aanzien van het Bredaas Museum. Ik zou toch willen vragen om gewoon de toezegging na te komen die is gedaan 27 februari 2014 om de raad keurig en netjes op tijd te informeren over een aantal zaken. Het is nu dat ik een aantal vragen stel voorzitter, dat wij deze informatie krijgen. Anders hadden wij, maar ook de stad, het niet gehad. Dan ga ik een vraag stellen, voorzitter. De wethouder geeft aan dat de staande bezuinigingstaakstelling niet past binnen de huidige ambities. En dat vertaal ik dus zo dat die bezuinigingstaakstelling van tafel is. Kan ik dan ook concluderen dat die bezuinigingstaakstelling die wel degelijk is ingeboekt, dat deze dus elders in het cultuurveld terecht kan komen? Kunt u daar helder en eerlijk over zijn of is het ook weer een addertje onder het gras? DE VOORZITTER: Andere leden met een vraag? De heer Vuijk, Breda'97. DE HEERT VUIJK: Ja dank u wel, voorzitter. Het is mij niet helemaal duidelijk wat de heer Aartsen nou eigenlijk wil. Ik vind het allemaal een beetje kort door de bocht. We hebben een takendiscussie 3,5 jaar geleden gevoerd. Daar staan geloof ik een paar handtekeningen onder. Het is mij niet helemaal duidelijk nu of de WD nu zeg maar die 1,5 miljoen taakstelling wil handhaven of dat ze dus ook inderdaad zeggen: wij onderschrijven de uitgangspunten in het coalitieakkoord waarin een herijking aan de orde is. Nou, zoals de burgemeester en de wethouder al als handreiking aangaven, zou ik willen zeggen: laten we daar dan met zijn allen in de commissie Maatschappij over praten en in ieder geval dit, ja wat zal ik zeggen, krampachtig betoog vanuit de WD beëindigen. Want vanavond heeft dat geen enkele zin. Het college zit er 2 dagen en ik denk dat we op een goede manier er met elkaar over moeten praten. De volgende commissie Maatschappij zie ik u.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2014 | | pagina 7