168 het niet helemaal heeft begrepen. De VVD kan echter niets terug vinden van deze stelling. En de VVD vraagt zich dan ook af waarom de SP eerst A roept en nu thans B doet. DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER: Dank u wel. Mag ik u feliciteren met uw maidenspeech? Dan de heer De Beer, D66. Gaat uw gang. DE HEER DE BEER: Ja voorzitter, dank u wel. Toch wel een bijzonder dossier, dit dossier. Het gebeurt niet maandelijks dat we een zojuist vastgestelde Structuurvisie toch weer aanpassen, van een locatie aanpassen van bestemming om daar iets mogelijk te maken. Maar dat doen we ook .niet zo maar. Dat doen we ook omdat we het heel belangrijk vinden dat er studentenwoningen in Breda bij komen. En juist in de komende jaren zijn die keihard nodig. D66 is dan ook altijd positief kritisch geweest in dit dossier, al is het wel zo dat we afgelopen weken nog eens een slag dieper zijn gegaan en alle achterliggende documenten nog een keer hebben bekeken en het dossier toch ook wel op een bepaalde manier gegroeid is, zal ik maar zeggen. Dus oké. Maar wat hier voor ligt, is de verklaring van geen bedenkingen. De heer Vuijk heeft daar ook op gewezen in de commissie: we moeten ons focussen op de zienswijze. Dat ben ik ook met hem eens. Dus ik ga niet te veel achterom kijken. Maar ik heb wel een motie omdat we het belangrijk vinden dat het plan wat er nu ligt, een kans krijgt. Want we hebben een motie aangenomen ook in januari nog een keer die onderstreepte dat we 1000 extra studentenwoningen willen in de komende jaren. Het college heeft ook in een raadsbrief in maart nog eens aangegeven op welke wijze ze dat willen operationaliseren. En als je dan nu kijkt naar de zienswijzen die er liggen, dan staat er van de 24 zienswijzen in 14 daarvan iets opgenomen over kantoortransformatie. Dus prima om dit plan nu een kans te geven. Maar laten we dan wel de realisatietermijn kort houden. Want een korte realisatietermijn zorgt er dan ook voor dat woningen zo snel mogelijk beschikbaar zijn voor studenten. Blijkt die realisatie onverhoopt toch niet mogelijk, en dat hebben we natuurlijk bij verschillende bouwplannen toch wel gezien, zit het tegen om wat voor reden dan ook, dan vindt D66 dat de omgevingsvergunning in ieder geval nu op een bepaalde manier moet worden vormgegeven en dat die dan ook eindig is en dat die dus na een jaar de rechten op die omgevingsvergunning bijvoorbeeld ook weer opnieuw tegen het licht moeten worden gehouden en dat de rechten ook verlopen. En waarom? Omdat er ook nieuwe locaties aankomen voor transformatie, juist op de Markendaalseweg, oude Rabobank gebouw, UWV gebouw, we hebben het oude belastingkantoor nog. En we hebben natuurlijk in het verleden ook gezien, de stedelijke herprogrammering, we hebben een werkgroep gehad, dat de overprogrammering er juist voor zorgde dat we een lagere realisatie hadden. Er werden minder woningen gebouwd terwijl we er toen meer in programmering hadden. En juist toen we met de hele raad gingen drukken, van 30000 naar 7500 woningen, hebben we de afgelopen 4 jaar meer woningen per jaar kunnen realiseren juist omdat die plannen dan toch wel los komen. Die gedachte zit ook achter deze motie voorzitter, die ik graag overhandig. DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER: Motie Snelle realisatie. Ondertekend door D66. 1. Verzoekt het college zo spoedig mogelijk over te gaan tot het afgeven van de omgevingsvergunning die de afwijking van het vigerende bestemmingsplan en daarmee de realisatie van 224 studentenwoningen aan de Lunetstraat/Rat Verleghstraat mogelijk maakt. 2. Deze omgevingsvergunning zodanig in te richten dat indien een jaar na datum van onherroepelijk worden van deze vergunning de bouw niet is gestart, de mogelijkheid tot realisering in afwijking van het vigerende bestemmingsplan vervalt en dan alleen nog plannen die passen in het vigerende bestemmingsplan gerealiseerd kunnen worden. 3. Hiertoe tevens de mogelijkheid in te zetten om een omgevingsvergunning in te trekken bij gebrek aan voortgang na 26 weken na onherroepelijkheid zoals gedefinieerd in bijsturing binnen de stedelijke herprogrammering. 4. De commissie Ruimte te informeren over de wijze waarop dit is uitgewerkt en te informeren indien deze omstandigheid zich voordoet. Aldus besloten in de vergadering, de openbare vergadering van 19 juni 2014. DE HEER DE BEER: Voorzitter, wat ik er nog aan wil toevoegen is dat ik de wethouder wil danken voor de extra aandacht die hij heeft gegeven aan de inspreker omtrent het onderwerp Geluid. Ik denk dat dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2014 | | pagina 26