210
Voorzitter
WETHOUDER VAN LUNTEREN
het is ook afhankelijk van wat er financieel allemaal op ons af komt.
DE VOORZITTER:
De heer Adank.
DE HEER ADANK:
Begrijp ik nou goed dat u eigenlijk zegt dat u tot 2017 nodig heeft voor u het systeem doorheeft?
WETHOUDER VAN LUNTEREN:
Nee, dat heeft u helemaal verkeerd begrepen.
Voorzitter, de andere motie over het ophogen van, althans de dekking werd gezocht in de ophoging
van subsidies. Nou dat lijkt ons ook geen verstandige motie. Alleen al vanwege de dekking zouden
we die gaan ontraden.
Volgens mij heb ik dan alle antwoorden gegeven op de vragen aan mij gericht en is nu mijn
collega.
DE VOORZITTER:
Dan geef ik het woord aan wethouder Bergkamp.
WETHOUDER BERGKAMP:
Voorzitter, de heer Van der Horst maar ook de heer Van der Velde en anderen hebben gewezen op
de problematiek van de jeugdwerkeloosheid. Daar is in de commissie Economie vorige keer ook
uitgebreid over gesproken. Er is een aanpak op het gebied van jeugdwerkeloosheid in de regio.
Wij hebben op dit moment een nieuwe aanvraag ook in het kader van ESF in voorbereiding,
tenminste die is al uitgedaan, ook in samenwerking met partijen in de regio. Dus ik stel voor dat
wij in de commissie Economie, de 2e helft van het jaar, uw signaal daarin is helder en duidelijk,
zorg voor een sluitende aanpak, zo vertaal ik hem maar. Een jeugdige zit op school, is aan het
werk, of is bezig weer terug naar school te gaan of om weer terug aan het werk te komen, om het
maar even kort samen te vatten. Dat we vanuit dat uitgangspunt de plannen in de regio met alle
partijen, met name ook met het onderwijs, bespreken, vooral ook in het kader van de instroom van
het middelbaar beroepsonderwijs. Dus de 2e helft van het jaar ga ik graag met u, ook vanuit die
regionale aanpak, hierover in gesprek en kom terug met concrete voorstellen. En uw
aanmoediging, om het maar even zo te formuleren, met een aantal concrete suggesties zoals in de
commissie Economie gedaan, die staan goed genoteerd. Dus die neem ik graag mee in die
discussie. Dat is een.
Twee. Er zijn een aantal opmerkingen gemaakt over de discussie rondom het scherm. Daar zal de
burgemeester op antwoorden. Dus daar ga ik nu even niet op in. Mijn reactie op dat punt was
vooral als loco. Maar goed, dat hoeft nu niet meer want de burgemeester is er weer.
De heer De Beer wees op de Regionale Detailhandelsnota. Ik begrijp zijn punt. Wij hebben een
brief gestuurd als reactie op het concept wat er lag. Ik begrijp dat daar de indruk uit gewekt zou
kunnen zijn dat we het er mee eens zijn. Wat we hebben willen doen, is dat we hebben
aangegeven, - ik zelf overigens ook -, dat ik met dat concept met een aantal op- en aanmerkingen
best kan leven. Die op- en aanmerkingen zijn ook verwoord. Maar wij hebben afgesproken, en die
afspraak wil ik nog een keer herhalen, in het Regionale Ruimtelijk overleg van vorige week, dat we
even de tijd nemen om de nota te bespreken in de diverse gemeenteraden of commissies. Dat
betekent dat ik dus de ruimte heb, en dat heb ik ook toegezegd vorige keer, en dat wil ik herhalen,
dat wij in de septembervergadering, ik denk eind september dat dat hem is, dat wij de nota
agenderen, bespreken. En we hebben als Westbrabantse gemeente met de Provincie afgesproken
dat we de nota daarom pas eind van het jaar willen vaststellen. Dus er is voldoende ruimte om die
inbreng alsnog te leveren. Dat is een.
Wat betreft de opmerking die de heer De Beer maakte over Hoeveneind, neem ik aan dat we die bij
Hoeveneind zelf wel even kunnen bespreken. Dus die wilde ik dan even vast houden tot dat
moment.
En als het gaat om het aanbestedingsbeleid, ja ik zoek altijd maar naar waar hebben we het nou
samen over en wat vinden we daarvan. Er zitten 2 aspecten in. Als ik naar de motie kijk en vooral
het dictum van de motie, zou ik namens het college zeggen: prima. Een prima dictum. Want dat
vinden we namelijk ook. Als we het aanbestedingsbeleid vernieuwen, kijk dan hoe je MKB
bedrijven meer mogelijkheden kunt bieden om in te schrijven op gemeentelijke opdrachten. Daar
zijn we het over eens. Dat is een. Twee: we hebben op dit moment al een aanbestedingenbeleid,
onder het vorige college, de vorige wethouder die daarover ging, nog een keer, laten we zeggen
naar de raad ook gebracht. En in dat huidige beleid, zijn al afspraken opgenomen als het gaat om