254
Ruimtelijke kwaliteit heeft vervolgens het plan getoetst onder andere aan de Nota van
Uitgangspunten en deze is naar hun inzien geschikt bevonden.
De wethouder was duidelijk en wilde geen valse hoop scheppen. Dit is het eindbod. Wij danken dan
ook voor de inspanningen geleverd door de diverse wethouders in dit dossier. Wij danken de
betrokkenheid van het dorp. Wij stemmen dan ook in met deze mooie ontwikkeling voor
Ulvenhout.
Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer.
Het woord is aan mijnheer Quaars, WD.
DE HEER QUAARS:
Voorzitter, dank u wel.
Want inhoudelijk kan ik het niet beter verwoorden dan mijn collega de heer Toeset.
Maar ik werd toch even getriggerd om deze kant op te lopen door het betoog van de SP. Want kijk
waar het hier volgens de VVD om gaat, is het volgende. Het gaat om een ontwikkelaar, om
inwoners van Ulvenhout en om een college. En in dat college zitten wethouders. En wat is nou die
rol van de wethouder? Dat was vroeger alleen het houden van de wet. Maar inmiddels is de
maatschappij dusdanig ontwikkeld dat die meer doet dan alleen de wet houden. Hij moet in
gesprek met die burgers. Dat is niet het verstoren van de markt, dat is gewoon zijn vak, als
vertegenwoordiger van de bevolking.
En ook in dit geval hebben wij in de commissie aan de wethouder gevraagd om dat te doen en daar
werd heel erg duidelijk, waar het vandaan kwam is ons als VVD fractie niet helemaal duidelijk,
maar er werden 2 standpunten neergezet. Het ene punt was van de wethouder en het andere punt
was van de insprekers, c.q. inwoners van Ulvenhout. En een directe rechte lijn daartussen. En dat
is de optimale manier om afstand te creëren. Volgens mij is het de kunst wethouder, dat u in
overleg met de ontwikkelaar en met die bewoners er voor zorgt dat die rechte lijn geen rechte lijn
meer is maar dat die buigt zodat die punten naar elkaar komen. Daar zit volgens mij de uitdaging
van hetgeen we u in de commissie vroegen.
Net als D66, hebben wij niet anders kunnen constateren dan dat u aan een aantal vragen in de
commissie een antwoord heeft gegeven door middel van uw brief. Maar tot op de dag van vandaag
zijn wij nog niet met de informatie verblijd dat u daadwerkelijk geprobeerd heeft om die 2 partijen
nog een keer bij elkaar te brengen. En dat is volgens de WD fractie uw rol, uw plicht en uw
verantwoordelijkheid en niet om u te mengen in de markt maar gewoon omdat het de functie is
van de wethouder.
DE VOORZITTER:
Dan tot slot mijnheer Vuijk, Ulvenhout.
Breda'97. Gaat uw gang.
DE HEER VUIJK:
Ja, dank u wel voorzitter.
Ja, een Bavelnaar die voor Ulvenhout is, dat momentje dat moeten we toch even koesteren. Dank
u wel daarvoor.
Ja voorzitter, in de commissie heb ik al aangegeven dat dit een belangrijk plan is voor Ulvenhout.
We zijn er al jaren mee bezig. Ik ben er zelf ook al een paar jaar mee bezig. Maar ik zou toch wel
de credits bij mevrouw Knipscheer weg willen leggen daarvoor.
Ik doe de commissie niet meer over. Ik zou willen zeggen: iedereen zijn eigen
verantwoordelijkheid. En dat mag. Maar van een raadslid moet ook verwacht worden dat hij voor
dynamiek is in de samenleving. En dat wil ik u toch allemaal meegeven.
En de Nota van Uitgangspunten, - daar wil ik toch nog wel heel eventjes bij stilstaan -, is niet
bindend maar adviserend. Daar zitten een heleboel punten in die uiteindelijk zeg maar wel een
richting aangeven maar die niet bindend zijn. Adviserend.
En onze eigen
DE HEER TOESET:
Voorzitter, mag ik daar een vraag over stellen?
DE VOORZITTER:
Korte vraag.
DE HEER TOESET: