302
Mevrouw De Bie (D66) verwijst in dit kader naar het opinieartikel dat de heer Van het Hof heeft
gepubliceerd samen met de heer Baggermans naar aanleiding van de vermeende toename van
geweld in de Bredase uitgaanswereld.
Er is op dit moment met succes een goede samenwerking gericht op preventie en de-escalatie.
Vanaf 2012 is er een dalende tendens. Breda vormt hierbij een voorbeeldfunctie voor politieteams
in heel Nederland.
Ook andere creatieve oplossingen zijn welkom. Een verwaarloosde omgeving leidt vaker tot
antisociaal gedrag. Datzelfde is het geval met kleuren en geuren. Zij geeft hiervan enkele
voorbeelden.
Vervolgens memoreert Mevrouw De Bie (D66) de discussie die vorig jaar is gevoerd over de
vraag hoe een heksenjacht voorkomen kan worden naar 16 en 17 jarigen. Uit deze notitie blijkt dat
het dat in Breda niet wordt. Men zal echter de vinger aan de pols houden. Daarom vraagt men een
jaarlijkse evaluatie van dit plan.
De fractie heeft de volgende vragen.
- zijn er gevolgen voor het alcoholgebruik op straat door 16 en 17 jarigen?
- zijn er alternatieven in de stad ontwikkeld voor deze groep?
De heer Koniuszek (GroenLinks) deelt mede dat de fractie zal instemmen met het plan, een
integraal plan, zonder heksenjacht.
Op alle niveaus wordt door alle betrokken disciplines voorkomen dat jongeren al vroeg verslaafd
raken aan alcohol. Het aantal jongeren dat te jong te veel drinkt neemt iets af. Deze trend lijkt te
zijn doorbroken. Men acht het juist dat gehandeld blijft worden zoals dat in de laatste 9 maanden
het geval is geweest.
Er is contact geweest met de voorzitter van Koninklijke Horeca Nederland en hieruit is gebleken dat
de samenwerking tussen politie, gemeente en ondernemers constructief is.
De fractie staat ook positief tegenover de creatieve ideeën van de fractie D66.
Mevrouw Ruys (Breda'97) staat achter het plan; integraal handelen noemt men belangrijk.
Het is fijn dat de horeca hier goed mee omgaat. Maar de fractie noemt bewustwording bij het
thuisfront van cruciaal belang.
Handhaving en preventie gaan hand in hand. Dit zijn prima instrumenten om voortgang mee te
boeken. Dit staat duidelijk beschreven op pagina 23.
De fractie is blij met de aandacht voor de nieuwe leeftijdsgrens. Men pleit echter voor meer
mogelijkheden om hierover te praten, zowel ouders met kinderen als ouders onderling.
De fractie is van mening dat er geen sprake moet zijn van een heksenjacht.
Mevrouw Bijlsma (PvdA) spreekt waardering uit voor de integrale benadering van het
vraagstuk.
Men heeft het volgende aandachtspunt: de naleving van de wet in sportkantines. Waarom nemen
de sportbesturen hun verantwoordelijkheid niet?
Scholen hebben in Breda zelf zaken geregeld. Kan dit ook bij de sport?
Kan er al iets meer gezegd worden over de werkgroep "Gezonde sportkantine"?
Mevrouw De Heer (Trots/OPA constateert dat volgens het voorstel wordt verwacht dat na een
halfjaar de praktijk duidelijker zal zijn. Wordt de commissie van de eerste resultaten op de hoogte
gesteld?
Bestaan er cijfers of er minder jeugdigen van 16 en 17 jaar zijn uitgegaan? Zijn er andere
activiteiten waar geen alcohol geschonken wordt? Is er in of rond Breda sprake van ombouwen tot
kroegen in thuissituaties?
Naar aanleiding van de inbreng van de fractie PvdA omtrent de sportkantines, vraagt mevrouw De
Heer (Trots/OPA)om welke sporten het gaat.
De fractie zal instemmen.
De heer El Kaddouri (SP) is van mening dat er geen regels moeten worden gemaakt die daarna
niet kunnen worden gehandhaafd. Dat geldt ook voor de verhoging van de leeftijdsgrens m.b.t.
alcohol. Hij erkent de schadelijkheid van alcohol. Hij vindt het een goede zaak dat in het plan
preventie de boventoon voert. Hierin is ook sprake van een integrale samenwerking. De
thuissituatie heeft hier een grote rol. Dat geldt ook voor bewustwording op plekken waar veel
jongeren bij elkaar komen, alsmede voor de voorbeeldfiguren aldaar.
Het is belangrijk om de jeugd verantwoordelijk te leren omgaan met alcohol.
De fractie is wel blij om te lezen dat er geen sprake zal zijn van een heksenjacht.
Echter volgens het stuk is er bijvoorbeeld een nalevingspercentage van 3% in 2013 in de horeca
maar wordt ook gezegd dat de nieuwe leeftijdsgrens goed wordt nageleefd. Hoe kan dat?
Wordt er alleen gehandhaafd naar de horeca ondernemers?
