304
De heer Lemaire (CDA) deelt mede dat de antwoorden en toezeggingen van de burgemeester in
le termijn aanleiding zijn voor de fractie CDA om de in le termijn aangekondigde motie niet in te
dienen.
Wel wil men graag weten wanneer een en ander in de commissie Bestuur aan de orde zal kunnen
worden gesteld.
Reactie van het college.
De burgemeester deelt mede te proberen dat dit in het le kwartaal van 2015 het geval zal zijn.
Hij zegt toe hierover volgende week te zullen berichten.
Stemming.
De plaatsvervangend raadsvoorzitter constateert dat niemand een stemverklaring wenst af te
leggen.
Het voorstel wordt vervolgens unaniem aangenomen.
3. Programma Veiligheid 2015-2018.
le termijn
De plaatsvervangend raadsvoorzitter deelt mede dat de fractie CDA zich als enige heeft
onthouden van advies. Daarom krijgt deze fractie als le het woord.
De heer Lemaire (CDA) memoreert tijdens de raadscommissie Bestuur kritisch te zijn geweest
op het voorliggend stuk. Er wordt te snel gesteld dat het met de veiligheid de goede kant op gaat.
Breda is op de meeste terreinen onveiliger dan andere gemeenten. De fractie stelde tijdens de
commissie voor om de G32 benchmark mee te nemen in de doelstellingen. Het college gaf aan dat
een plaats in de top 3 niet realistisch zou zijn.
Dat wil echter niet zeggen dat Breda het niet veel beter kan doen. Breda is al innovatief en
toonaangevend bezig. De fractie memoreert in dit kader verschillende zaken zoals de
Buurtpreventie, BIT en de situatie rond NAC.
Het is goed dat wordt geïnvesteerd in veiligheid maar de gedane investering moet zich wel vertalen
in resultaten. Daarom moet men scherp zijn op de effectiviteit van de ingezette middelen.
Mede namens VVD, SP en CDA biedt men het college een motie aan om in het programma
Veiligheid als additioneel doel op te nemen dat Breda het ieder jaar beter en veiliger doet, ook ten
opzichte van andere gemeenten, niet vanwege competitie maar vanwege een missie om Breda
steeds veiliger te maken.
De heer lemaire (CDA) dient vervolgens de betreffende motie in.
De plaatsvervangend raadsvoorzitter leest het dictum van de motie voor: "Vraagt het college om in
het programma Veiligheid, dus tot en met 2018, als additionele doelstelling op te nemen: Breda
presteert ieder jaar beter op het terrein van veiligheid, gemeten aan de onderdelen van de G32
benchmark. Dit dient zichtbaar te zijn in de resultaten ten opzichte van voorgaande jaren en een
betere ranking in de G32 benchmark.".
De heer Vuijk (Breda'97) wil reageren op de motie: hij geloft niet in een G32 benchmark omdat
de verschillende steden vergelijken, appels met peren vergelijken is. Hij zal de motie niet steunen.
De heer Lemaire (CDA) interrumpeert door aan te geven dat een dergelijke vergelijking in de
praktijk al wel wordt gemaakt.
De heer Vuijk (Breda'97) beaamt dat men ambitieus moet zijn op het gebied van veiligheid
maar blijft bij het standpunt omtrent de benchmark.
Mevrouw Vermariën (SP) is blij met de aandacht voor preventie. De kernvraag lijkt te zijn: hoe
voorkomen we dat jongeren een criminele carrière starten? Men geeft complimenten voor de
analyses die hiertoe kunnen bijdragen. Een van de factoren, armoede, zal in de komende jaren
toenemen. Men is blij met de reactie van de burgemeester hierop in de commissie dat het college
op deze ontwikkeling een scherp oog gaat houden. Ook is de fractie benieuwd hoe men in de raad
de risicofactoren kan tackelen.
Inzake de motie is men van mening dat een plaats in een ranglijst niet altijd alles zegt, maar dat
men kan hier wel van leren van andere gemeenten.
Mevrouw De Bie (D66) deelt mede het een mooi evenwichtig plan te vinden waarin goed
gekeken is naar wat in Breda speelt en naar de afstemming met de regio. De antwoorden waren
meer dan voldoende.