311
I. Opening.
De voorzitter opent de vergadering en heet alle aanwezigen welkom.
II. Mededelingen.
Er is bericht van verhindering van de heer Nouhi.
Mevrouw Van Maanen zal wat later zijn.
Iedereen treft op zijn/haar tafel een groot aantal moties en amendementen aan die pas onderdeel
van de beraadslaging zijn wanneer deze zijn ingediend.
De voorzitter dankt vervolgens Mevrouw De Bie voor de aanbieding van het boekje (titel) aan de
hele raad. Hij hoopt dat het een stimulans mag zijn.
III. Vaststellen van de agenda.
De voorzitter memoreert dat de conceptagenda op 3 november is vastgesteld en constateert dat
iedereen hiermee akkoord is.
IV. Begroting 2015.
1. Algemene beschouwing le termijn.
De voorzitter benadrukt dat bij de inbreng de voorliggende begroting centraal moet staan
alsmede de vraag of men dit een goede uitwerking vindt van de voorjaarsnota.
In de eerste 7 minuten zijn geen interrupties toegestaan; daarna is dat wel het geval. De voorzitter
verzoekt echter om het debat niet eindeloos te rekken.
De algemene beschouwingen zullen door de voorzitter worden afgesloten met een genummerde
opsomming van alle tijdens de le termijn ingediende amendementen en moties.
Vervolgens bepaalt de voorzitter via het lot dat de fractie CDA als eerste het woord krijgt.
De heer Elbertse (CDA) constateert dat de coalitie ambitie en werklust uitstraalt. Men maakt
keuzes maar heeft ook oog voor de mensen die het moeten uitvoeren.
Verbindend besturen is het motto van dit college. Dit vraagt veel van alle betrokkenen.
Het college kiest ook voor minder overheid en meer samenleving wat ook onderdeel was van het
verkiezingsprogramma van het CDA. Hier moet hard voor gewerkt worden; bestaande culturen
worden niet zomaar doorbroken. Toch is er al een grote wijziging merkbaar bij besturen. Het CDA
is overal in de samenleving vertegenwoordigd en daardoor krijgt men veel signalen. Men ontvangt
positieve reacties op de benaderbaarheid van het college vanuit vele geledingen.
In het coalitieakkoord zijn een aantal belangrijke keuzes gemaakt die de stad vooruit moeten
helpen en financieel vertaald zijn in de Begroting 2015.
Dat geldt voor versterking van de binnenstad. Hiervoor is door het college een beleidsstuk
uitgewerkt waarin het belang van samenwerking wordt benadrukt, niet als doel maar als middel.
Concreet heeft dit geresulteerd in de aanstelling van een kwartiermaker. Ook het oprichten van het
Ondernemersfonds is een belangrijk doel. Het college wil de ondernemers ondersteunen in
bereikbaarheid van bedrijven. Het Ondernemersloket gaat er komen. Nieuwe bedrijven worden
gestimuleerd maar er wordt ook alles aan gedaan om bestaande bedrijven te behouden, ook uit het
MKB. In dit verband stuurt het college op samenwerking tussen BOM, Rewin en BRIM. Men
onderkent het belang van regionale samenwerking.
Ook de agrarische sector krijgt aandacht evenals ondernemen met buren.
Werkgelegenheid is topprioriteit voor dit college. Daarom wordt in dit kader gewerkt aan
flexibilisering van de bestemmingsplannen.
Het geld voor ontwikkelingssamenwerking droogt dit jaar op. Als er niets gedaan wordt, moeten
bewezen projecten stoppen, komen jongeren weer aan de kant te staan, gaat sociale cohesie
achteruit. Binnenkort komt er een plan naar de raad waarin dienaangaande voorstellen voor
impulsen worden gedaan.
Met betrekking tot huisvesting creëert het college ruimte voor initiatieven en aanpassing van
bestemmingsplannen waar nodig. In verband met versteviging van de vitaliteit van de dorpen
worden stappen gezet in de woningbouw. Er vinden constructieve gesprekken plaats met de
corporaties.
Het culturele beleid in Breda moet herijkt worden. Hiervoor is een stappenplan gepresenteerd. Met
de diagnose van Van Laarhoven kunnen concrete stappen worden gezet om begin 2016 te komen
tot een nieuw Bredaas Museum.