348
De heer Vuijk (Breda'97) deelt allereerst mede inzake de kwestie Zwart Wit geen reden te zien
om dit plan te wijzigen.
De fractie vindt dat 98% van het plan Buitengebied Zuid toetsbaar is. Men vindt niet dat dit plan
gegijzeld mag worden door één casus, die van Rithsestraat 310. De fractie sluit zich kortheidshalve
aan bij de bijdrage van de Partij van de Arbeid.
De heer Van der Horst (BOB) deelt mede ontstemd te zijn geweest over de toonzetting van de
insprekers tijdens de commissievergadering die tegen het besluit zijn. Dit vertroebelde de beeld
en oordeelsvorming.
In de Structuurvisie voor het buitengebied wordt gesproken over het evenwicht tussen people,
planet en profit.
BOB heeft de step methode gebruikt om te besluiten.
Demografisch: de aantallen seizoenarbeiders verstoren de samenstelling van de bevolking. De
bewoners hadden de legitieme gedachte dat het bestemmingsplan en de regels hen zouden
beschermen.
Economisch: In die zin moet men er haast wel voor zijn. Als inwoners van Breda het werk niet
willen doen, moet het, om winstgevend te kunnen zijn, door anderen gedaan worden.
Op lange termijn echter moet men zich afvragen of een bedrijfstak die zo overeind gehouden moet
worden, nog wel echt bestaansrecht heeft. Ook is het in dit verband vreemd dat er een volle
kaartenbak van werkzoekenden is.
Sociaal Cultureel: Het is moeilijk om voorstander te zijn van maandenlange huisvesting van
mensen in een dergelijke ruimte.
Technologisch: Er is behoud van kennis en vaardigheden.
Ecologisch: Meer machines in de Rith zou men niet moeten willen.
Politiek-Juridisch: Het lijkt de fractie goed om de vaststelling en de handhaving van het
bestemmingsplan los van elkaar te zien.
Samenvattend is de fractie niet voor wijziging van het bestemmingsplan om toe te staan dat er
overal 120 werknemers voor 6 maanden tijdelijk gehuisvest worden. Het plan is te complex en
wanneer niet te overzien is waar men ja tegen zegt, moet er nee worden gezegd.
De heer Spiegels (SP) stelt vast dat er veel verschillende belangen spelen in Buitengebied Zuid
die ook wel eens botsen. Hiermee is in het bestemmingsplan wel rekening gehouden. De fractie
wijst op de mogelijkheden tot kasvergroting en het kunnen ontplooien van andere activiteiten.
De fractie vindt het positief dat de stikstof depositie niet verder mag toenemen.
De fractie is geen groot voorstander van het voorstel inzake de huisvesting van seizoenarbeiders.
De voorzieningen zijn onvoldoende en er zijn ook vraagtekens te zetten bij huisvesting bij de
werkgever. In Buitengebied Noord mag het ook en de fractie is voor gelijke monniken gelijke
kappen omdat dit betrouwbaar bestuur is.
De heer Ouaars (VVD) vraagt of de SP van mening is dat dit dan in heel Breda mogelijk moet zijn.
De heer Spiegels (SP) antwoordt dat dit theoretisch zou kunnen wanneer in het centrum een
gebied als landbouwgebied bestempeld zou worden.
Voorts is de fractie van mening dat de gemeente haar verantwoordelijkheid moet nemen in de
vorm van eisen stellen en controle. Daarom kan men de motie om dit goed te regelen wel
ondersteunen. De fractie wil graag werken aan oplossingen voor problemen.
De heer De Beer CD66') vraagt waar in het bestemmingsplan opgenomen is dat de glastuinbouw
kan uitbreiden.
Hierop antwoordt de heer Spiegels (SP) dat de kassen kunnen worden vergroot.
De fractie zal de motie Huisvesting seizoensarbeiders land- en tuinbouw van de PvdA niet steunen.
De heer Ouaars (VVD) deelt mede dat de SP geen uitbreiding wil naar 120 maar het er ook niet uit
haalt als daar de gelegenheid toe is.
De heer Spiegels (SP) verzoekt om zijn verhaal af te kunnen maken. De fractie ziet dat het geen
ideale oplossing is maar vindt dat de verantwoordelijkheid moet worden genomen om iets te
regelen. Daarom is de fractie voor de 120 op het terrein.
Overleg tussen omwonenden, werkgevers en arbeiders dient plaats te blijven vinden. Men verzoekt
het college te bevorderen dat er een beheergroep komt wanneer er meer dan 40 werknemers
worden gehuisvest.
De heer Lemaire (CDA) vraagt of de SP met het CDA aan tafel wil gaan omtrent de kwaliteit van de
huisvesting.
De heer Spiegels (SP) antwoordt hierop bevestigend.
Reactie van het college.
