62 1. Waarom heeft het college net als in Bergen op Zoom de raad niet op de hoogte gesteld van de mededeling van het DB van 16 januari? 2. Wat is de reden dat de wethouder zelfs tijdens het actualiteitenuur op 5 maart die brief achterhield en melding maakte dat er geen schriftelijke stukken waren? 3. Hoe past dit gedrag van het college in het kader van de discussie omtrent Verbonden Partijen die wij recent hadden? 4. Welke conclusie trekt het college uit deze casus? Vervolgens vraagt de fractie VVD aan de overige fracties hoe zij het achterhouden van de informatie door de wethouder beoordelen. Reactie van het college. Wethouder Van Lunteren memoreert de raad per brief op 12 november geïnformeerd te hebben over de problemen bij de BWB. Er wordt een onderzoek in het vooruitzicht gesteld en de wethouder heeft letterlijk vermeld: "na dit onderzoek zal het bestuur van de BWB besluiten over het vervolg en daarover informeer ik u zodra dit aan de orde is.". Vervolgens heeft in januari het DB de stand van zaken besproken in het bijzijn van de onderzoeker en daarover eerst het AB geïnformeerd. Dat is gebeurd met de memo van de voorzitter van 16 januari, de brief waaraan wordt gerefereerd. In januari is aangegeven dat het onderwerp op de agenda van het AB komt van 27 februari. Op 5 maart heeft de wethouder op vragen van de fractie D66 toegelicht waarom de onderzoeker geen rapport heeft gemaakt maar het DB mondeling heeft geïnformeerd. Dit wordt door de fractie VVD nu uit de context gehaald door te suggereren dat er niets op papier is gezet. Er is geen onderzoeksresultaat en geen conclusie. Er is een interne memo van DB aan AB waarover het AB op 27 februari zou spreken. Het is bekend dat de wethouder daar niet bij kon zijn vanwege het werkbezoek over de Burgerbegroting in Antwerpen. Op 5 maart heeft de wethouder aan de raad toegelicht wat besproken is in het AB: er is vertrouwen in de situatie en men gaat voortvarend aan de slag. N.a.v. vraag 1 en 2 antwoordt de wethouder dat het een interne notitie is van het DB aan AB binnen een pakket aan vergaderstukken t.b.v. intern overleg. De wethouder deelt mede niet alle pakketten van vergaderstukken van AB en DB aan de raadsleden toe te sturen. Hij stelt, ook als antwoord op vraag 3, voor om in de discussie over de Verbonden Partijen te kijken naar de wijze waarop het college de raad in deze informeert c.q. moet informeren. Er moet ook voor gewaakt worden dat de raad wordt overladen met nodeloze pakken papier. De wethouder concludeert dat het verstandig is dat hij basisafspraken maakt met de raad over met welke informatie hij op welke wijze naar de raad dient te komen, met name m.b.t. de verbonden partijen. De wethouder is van mening dat hij open is geweest en de raad geen informatie heeft onthouden. De heer Ernst (VVD) deelt mede dat in ieder geval duidelijk moet zijn dat wanneer de raad om informatie vraagt, zij deze ook wil hebben. Er is duidelijk sprake van de aanwezigheid van schriftelijke stukken, hoewel de wethouder heeft gezegd dat die er niet waren. In Bergen op Zoom is ook geen heel pakket vergaderstukken gestuurd maar wel de meest relevante. Hij voegt hieraan toe dat de OR recentelijk het vertrouwen in de BWB heeft opgezegd. Weet de wethouder daarvan? De heer Uijl (SP) deelt mede het teveel van het goede te vinden om, om grip te krijgen en te houden op verbonden partijen, alle vergaderstukken te ontvangen. Hij vindt de handreiking van de wethouder om te komen tot basisafspraken een goed idee. De heer Van het Hof (D66) deelt mede op dezelfde wijze geïnformeerd te hebben willen worden als de raad in Bergen op Zoom. Het is al niet goed dat op 5 maart de vraag überhaupt gesteld moest worden door de fractie D66. Een gelijk informatieniveau is essentieel voor een goede samenwerking. Op 16 maart is op www.overheid.nl te zien bij bekendmakingen dat er 12 besluiten worden genomen over interne aangelegenheden bij de BWB. De fractie wil weten of de raad ook in het kader van verbonden partijen de betreffende kadernota's krijgt zoals de fractie vanuit de regio heeft vernomen. De heer Van der Velde (PvdA) vraagt aan de heer Ernst om iets specifieker te zijn op welke vraag de quote dat de wethouder heeft gezegd dat er geen schriftelijke informatie was, een antwoord was. Waarom werd precies gevraagd, om een rapport, een schriftelijke rapportage of iets anders?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2015 | | pagina 3