94
De heer Maes (SP) vraagt waarom deze vragen niet besproken kunnen worden in de
eerstkomende commissievergadering volgens het reglement van orde, eventueel het laatste punt
als agendapunt.
De voorzitter deelt mede dat dit niet besproken is in het FVO wegens veelheid aan agendapunten.
Dat zal in het volgende FVO wel gebeuren. Daarom heeft hij besloten nu nog geen inhoudelijke
toetsing te doen.
Er zit een foutje in de agenda. De zienswijze op de BWB zou iets te vroeg op de lijst Verzamelde
Punten zijn gezet. De voorzitter stelt voor dit toe te voegen als agendapunt 6. Agendapunt 6 op de
concept-agenda het initiatiefvoorstel toezicht en handhaving wordt dan agendapunt 7.
Iedereen stemt in met de aangepaste agenda.
IV. Actualiteitenuur.
De heer Van der Horst (BOB) deelt mede zeer teleurgesteld te zijn over het feit dat antwoorden
op gestelde vragen pas 3 kwartier voor aanvang van de vergadering terug kwamen. Weet de
voorzitter hiervan? Ondernemers noemen dit pannenkoekenbeleid.
Op de vraag: was het college op de hoogte van dit voorval en wie van het college zijn hierbij
betrokken geweest, komt als antwoord: de stillegging is ambtelijk besproken en opgelost met
Provincie en omgevingsdienst. Het college is geïnformeerd maar heeft zich er inhoudelijk niet mee
hoeven te bemoeien.
Op de vraag hoe lang dit belangrijke project heeft stil gelegen, is het antwoord: 10 weken.
Niemand is hiervan op de hoogte gesteld. We vragen aan het college: heeft u uw informatieplicht
actief vervuld. Flet antwoord is: ja.
Desgevraagd door de voorzitter deelt de fractie BOB mede de vragen reeds te hebben ingediend
en stelt nogmaals de vraag: vindt u dat u ons actief informeert als raad en welke collegeleden
hebben zich ingespannen om deze gedoogvergunning te verkrijgen. De fractie is niet tevreden over
de antwoorden.
De voorzitter wijst erop dat er een procedure is voor hoe we met vragen stellen omgaan.
Daarvoor is de artikel 41 procedure. Er dient goed te worden afgesproken met elkaar hoe we met
die procedures omgaan.
Nu ontstaat de irritatie dat er wel vragen worden gesteld en die niet of in de beleving van de
vragensteller te laat worden beantwoord. Hij adviseert iedereen om het reglement van orde na te
lezen omtrent het actualiteitenuur.
De heer Adank (VVD) deelt mede dat de gemeentewet actieve informatieplicht voorschrijft.
De heer Toeset (D66) deelt mede dat de irritatie van de fractie BOB ook die van D66 is.
De heer Van der Horst (BOB) blijft erbij dat het schandalig is om drie kwartier voor aanvang
vergadering de antwoorden te krijgen. De fractie BOB stelt voor om even te schorsen.
De voorzitter schorst de vergadering en adviseert iedereen om het reglement van orde na te
lezen omtrent het actualiteitenuur.
SCHORSING
De voorzitter deelt mede begrepen te hebben dat de gestelde vragen het proces betroffen en
daarom als voorzitter van raad en college de antwoorden te hebben gegeven, niet als
portefeuillehouder maar als procesbewaker. Dit heeft verwarring gezaaid. Hij wijst nogmaals
iedereen op artikel 42 van het actualiteitenuur. Hij nodigt vervolgens mevrouw Van Maanen uit om
even het voorzitterschap over te nemen zodat hij als voorzitter van de raad kan reageren op de
wijze waarop we met vragen over en weer met elkaar omgaan.
De plaatsvervangend raadsvoorzitter geeft vervolgens het woord aan de burgemeester om als
raadsvoorzitter te reageren.
De raadsvoorzitter geeft aan dat raadsleden die vragen stellen, antwoorden moeten krijgen. We
hebben wel met elkaar afspraken gemaakt over de procedures. Voor politieke vragen is er de
artikel 41 procedure. Dan kan er een termijn worden gehanteerd en kan het college zijn collegiale
verantwoordelijkheid nemen. Vragen die gesteld worden in het kader van een commissie worden
wanneer dat niet direct kan, beantwoord bij een volgende commissie. En er zijn vragen in het
kader van het actualiteitenuur. Dan zijn er nog vragen die niet van politieke aard zijn en even snel
aan de ambtelijke organisatie gesteld kunnen worden en niet via de artikel 41 procedure hoeven.
De vragen die de fractie BOB heeft gesteld zijn vragen met een politieke lading. Die kunnen
worden beantwoord in een artikel 41 procedure of via de volgende commissievergadering. Het
tijdstip waarop geantwoord wordt, moet wel binnen de procedures zijn welke we hebben
afgesproken.