96
Wethouder Bergkamp deelt mede dat ATEA en dan met name het BSW deel al een aantal jaren
tickets afneemt voor relaties. ATEA wil in de richting van het bedrijfsleven haar gezicht laten zien
en de NAC business club is de grootste van West Brabant. Zij hebben 4 seizoenkaarten voor de
medewerkers van de sociale werkvoorziening. Van die situatie is het college op de hoogte. De
verbinding met de BRIM en de 2100 stoelen is een goede suggestie. Zodra dat kan vanuit de
lopende afspraken zal dat worden geoperationaliseerd.
De heer Van der Horst (BOB) vraag of hier een business case op losgelaten is. Waarom kiest
ATEA voor dit netwerk?
De heer Adank (VVD) vraagt zich ook af of dit het juiste netwerk is voor de doelgroep en of een
samenwerking in deze met de BRIM niet beter is. Zijn reserves ingezet om deze stoelen aan te
kopen?
De heer Maes (SP) dankt de wethouder voor de antwoorden en is ook van mening dat
samenwerking met de BRIM een goede oplossing is. Er dient geen onnodig geld van ATEA naar
NAC te gaan.
Mevrouw De Heer (Trots/OPA) sluit zich aan bij de SP en vraagt aan de wethouder of het
mogelijk is om na te gaan wat er aan extra's uitgegeven wordt wat in de royale tijd geen probleem
was maar nu anders zou kunnen.
Mevrouw Groeneweg (CDA) vraagt of de opbrengsten van deze contacten meer zijn dan de
vermelde 4.000,—.
Wethouder Bergkamp deelt mede dat het belangrijk is dat ATEA aanwezig is in
ondernemersnetwerken en ook dat zij vertegenwoordigd zijn in het grootste netwerk van West
Brabant. Hieraan ligt geen berekening ten grondslag. Het wordt betaald uit de exploitatie. Hij deelt
nogmaals mede dat er gewerkt wordt aan een combinatie met de BRIM box en de 100
stoelenafspraak.
De heer Van der Horst (BOB) dankt voor de antwoorden maar blijft teleurgesteld over de gang
van zaken met betrekking tot het stellen van vragen en het verkrijgen van antwoorden.
De voorzitter geeft vervolgens het woord aan de fractie D66 voor de 3e set vragen.
De heer De Beer (D66) deelt mede het vervelend te vinden dat wanneer de fractie een vraag aan
de orde stelt in het actualiteitenuur, hier altijd opmerkingen over gemaakt worden.
De fractie wil vragen stellen naar aanleiding van signalen over het feit dat in de wijk Heuvel nogal
wat panden zijn opgekocht die worden ingericht voor kamerverhuur. Het betreft de omgeving van
het Nolensplein en de Heuvelstraat. De fractie heeft moeite met concentratie van kamerbewoning.
Daar is de omgeving vaak niet op ingericht. Bovendien is er de afgelopen jaren veel in de wijk
geïnvesteerd door corporaties en ontwikkelaars met een positief effect.
De fractie stelt de volgende 2 vragen.
Zijn het college signalen bekend van (flinke) toename van kamerbewoning in de wijk Heuvel?
Heeft het college voldoende instrumenten om in te zetten bij mogelijk te sterke toename van
concentratie van kamerbewoning in de Heuvel, nu en/of in de toekomst?
Wethouder Bergkamp deelt mede geen signalen te hebben ontvangen over genoemde flinke
toename. Het bestemmingsplan van de Heuvel is duidelijk hierover. Er zijn een aantal locaties met
een gemengde bestemming. Mits aan het bouwbesluit wordt voldaan is er vrijheid om bijvoorbeeld
een winkel om te zetten naar wonen. Dat is ook al gebeurd.
In principe zijn er voldoende instrumenten om in te zetten als dit de verkeerde kant op gaat. De
wethouder stelt voor, ook naar aanleiding van de vragen, een snelle inventarisatie te doen rondom
de gemelde ontwikkelingen en hierover z.s.m. te rapporteren in de commissie Ruimte.
De heer De Beer (D66) dankt voor de antwoorden. Hij vraagt of de wethouder bij de
inventarisatie dan wil betrekken het aantal aanvragen voor een omgevingsvergunning in het gebied
Heuvel.
Mevrouw De Heer (Trots/OPA) vraagt of de wethouder wat duidelijker wil zijn over de
instrumenten.