124
De heer Adank (VVD) constateert onrust en vragen in de stad. Verbindend besturen betekent
over de eigen schaduw heen stappen en de hand reiken of aannemen. Bij goede plannen kan de
coalitie rekenen op de steun van de VVD.
De fractie geeft nog steeds alle partijen de mogelijkheid om samen moties in te dienen. Velen zijn
daar inmiddels serieus op ingegaan. Maar dat geldt niet voor de coalitiepartijen. Wel heeft de PvdA
getracht een brug te slaan. Wellicht kunnen we daar in de pauze iets mee doen.
Er is dus geen lastenverlaging, een stijging van de OZB, geen camera's bij het Valkenberg.
Volgens de fractie bevat de Voorjaarsnota 50 pagina's wollige teksten zonder visie. Meetbare en
duidelijke keuzes worden uit de weg gegaan.
De heer Van der Velde PvdAl vraagt of de fractie WD een wezenlijk plan zou kunnen noemen om
mee aan de slag te kunnen gaan.
De heer Adank (VVD) geeft als voorbeeld de discussie over Achter de Lange Stallen. Daarmee is
een hoop werkgelegenheid gemoeid. Er is in ieder geval iets wezenlijks nodig om weer de schwung
in de binnenstad te krijgen. Het is overigens één voorbeeld. Maar daar moeten we het met elkaar
over kunnen hebben.
Desgevraagd noemt hij vervolgens Breda Begroot. Er is een startnotitie gepresenteerd aan de
media terwijl de oppositie dit formeel nog nooit heeft gezien. Overigens had dat van de fractie veel
concreter gemogen.
De heer Van der Horst (BOS') vraagt of OZB verlaging bedrijven zou kunnen trekken en meer
werkgelegenheid.
De heer Adank (VVD) antwoordt voorzichtig dat er wellicht mogelijkheden zouden kunnen zijn
met een zeer concurrerend tarief.
Mevrouw De Heer (Trots/OPA^ vraagt of onderzoek naar drugscriminaliteit garantie biedt voor
effectieve aanpak. Het overstijgt de gemeentelijke mogelijkheden. Het Tilburgse onderzoek berust
gedeeltelijk op aannames.
De heer Adank (VVD) deelt mede dat als je niet weet wat de omvang en de impact van een
probleem is, het moeilijk of niet te bestrijden is.
De heer Elbertse fCDA') vraagt of de fractie WD bekend is met het KULU onderzoek. Hierin wordt
de verhouding OZB en WOZ uitgewerkt. Breda heeft het laagste Het eerstvolgende is 175%
hoger.
De heer Adank (VVD) antwoordt dat het dan een goede ambitie is om zo laag mogelijk te blijven.
De heer Maes fSPI verbaast zich over de bullit van motie 3 waarin de gemeente de corporaties
moet opdragen om nieuw te gaan bouwen. Waarom denkt de WD dat de corporaties dat niet meer
kunnen?
De heer Adank (VVD) deelt mede dat de corporaties een breed scala aan stappen
vooraf/mogelijkheden hebben die ze kunnen aanwenden om te bouwen.
De heer Maes fSPI wijst op de verhuurdersheffing en het feit dat de corporaties ervoor hebben
gekozen om de huren niet te verhogen.
De heer Van der Velde fPvdAl vraagt of de WD de positie van de corporaties kan toelichten.
De heer Adank (VVD) deelt mede dat bij financiering van nieuwbouw de corporaties privileges
hebben die particulieren niet hebben.
De heer Vuiik (Breda'97^ wijst op de stoplichtenlijst en het bouwcontingent.
De heer Adank (VVD) is het daarmee eens maar is van mening dat het goed is om de
bouwprogrammering ook in het licht van het meerjarenperspectief goed met elkaar te definiëren.
Nogmaals geeft de fractie WD aan dat meetbare keuzes uit de weg worden gegaan in de
Voorjaarsnota.
De heer Van het Hof (D66) memoreert dat de fractie tijdens het pre kaderdebat heeft ingezet op
3 thema's, ontwikkelen, kantelen en bereiken.
De komende periode legt de fractie de accenten onder andere op onderwijs, cultuur, duurzaamheid
en een gezonde gemeente. De fractie is ook benieuwd naar de goede ideeën van andere fracties en
levert graag een bijdrage en ook andersom.
Er is in een jaar tijd veel veranderd. De fractie noemt als voorbeelden het AZC, de 3D's, bewoners
en ondernemers die het heft in eigen handen nemen, etc.
Maar: in hoeverre durven we los te laten en waar moeten we als raad een tandje bij zetten?
De fractie heeft vertrouwen in de veranderbereidheid van de gemeentelijke organisatie. Er zijn
echter bedreigingen als vergrijzing en selectieve vacaturestops. Er is een structuur nodig die is
toegerust voor de nieuwe taken. Het is nu het juiste moment om een nieuwe visie op de ambtelijke
organisatie te formuleren. De fractie dient daartoe een motie in.
De voorzitter leest motie 4 voor.
"Visie ambtelijke organisatie.
