167
verbinding met het doorvertellen van het eeuwenoude verhaal dat de Bredase samenleving haar
unieke kleur geeft. D66 wenst het college, en speciaal Paul en Marianne, heel veel succes.
De heer Maes (SP) neemt aan dat de voordracht van Patrick van Lunteren geen verrassing is. Hij
is de meest ervaren bestuurder in de fractie en heeft in het afgelopen jaar o.a. het jeugdbeleid
vorm gegeven, huurders een serieuze rol gegeven en ervoor gezorgd dat er met - en niet over -
daklozen gepraat werd. De fractie is verheugd dat Patrick zijn goede werk kan voortzetten. Het
vertrouwen is groot en de fractie wenst hem veel succes.
De heer Van der Velde (PvdA) deelt mede dat de PvdA een vrouw voordraagt die nog maar kort
ervaring als wethouder heeft, maar toch al statuur heeft verworven, die zich inzet voor zorg en
welzijn en voor onderwijs. Die doortastend aan de slag zal gaan met de gemeentelijke
bedrijfsvoering. Een vrouw die solidariteit in haar bloed heeft, mensen weet te binden en
verbinden. Een collegiaal bestuurder met hart voor Breda, niemand minder dan Miriam Haagh.
De voorzitter geeft het woord aan de voorzitter van de Commissie Onderzoek Geloofsbrieven die
de bevindingen met de raad zal delen.
Mevrouw van Hemel deelt mede dat de commissie Onderzoek Geloofsbrieven, aan wie werd
opgedragen de benoembaarheid te onderzoeken van de zes personen die kandidaat zijn gesteld om
in de vergadering van 2 september 2015 benoemd te worden tot wethouder, aan de raad
rapporteert, dat zij heeft onderzocht of kandidaten voldoen aan de wettelijke vereisten en of de
door de kandidaten gedane opgave van nevenfuncties aanleiding geeft tot opmerkingen.
Uit het onderzoek zoals door de commissie is uitgevoerd, is gebleken dat de zes kandidaten:
de heer Boaz Adank
de heer Alfred Arbouw
de heer Paul de Beer
mevrouw Marianne de Bie
mevrouw Miriam Haagh-Reijne;
de heer Patrick van Lunteren;
aan alle in de Gemeentewet gestelde eisen voldoen. Ten aanzien van de nevenfuncties van
kandidaten ziet de commissie geen belemmering voor de benoembaarheid.
Conform het advies van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 16 maart
2006 is aan de kandidaten gevraagd een Verklaring omtrent het Gedrag te overleggen. Alle
kandidaten hebben een verklaring omtrent het Gedrag overlegd.
De commissie deelt de raad mede dat zij, naar aanleiding van het door haar uitgevoerde
onderzoek, geen belemmering heeft geconstateerd voor de benoembaarheid tot wethouder van de
zes voorgedragen kandidaten.
De voorzitter dankt de voorzitter van de commissie, mevrouw Van Hemel, en de leden mevrouw
Bijlsma en de heer Maes. In het FVO is besloten dat op één formulier op zes personen gestemd kan
worden, maar het blijft een individuele stemming per persoon.
SCHORSING VOOR HET UITBRENGEN VAN DE STEMMEN EN HET TELLEN VAN DE STEMMEN DOOR
DE LEDEN VAN HET STEMBUREAU
De heer Bruijns, voorzitter van het stembureau, deelt mede dat het stembureau conform artikel
33.6 van het Reglement van Orde heeft vastgesteld dat er 32 stembriefjes zijn ingeleverd, waarvan
er 2 blanco of op ongeldige wijze ingevuld zijn ingeleverd. De uitslag is als volgt:
De heer Adank 27 stemmen voor, 3 tegen
De heer Arbouw 28 stemmen voor, 2 tegen
De heer De Beer 27 stemmen voor, 3 tegen
Mevrouw De Bie 27 stemmen voor, 3 tegen
Mevrouw Haagh 29 stemmen voor, 1 tegen
De heer Van Lunteren 29 stemmen voor, 1 tegen
De voorzitter constateert dat het voorstel hiermee is aangenomen, dankt de leden van het
stembureau en vraagt de kandidaten naar voren te komen, waarna hij hen vraagt of zij hun
benoeming aanvaarden.
De heer Adank. de heer Arbouw. de heer De Beer, mevrouw De Bie. mevrouw Haagh en de heer
Van Lunteren bevestigen dat zij hun benoeming aanvaarden.
De voorzitter leest de tekst van de belofte voor: