201
Wethouder De Bie antwoordt dat er wel vacatures zijn, maar er is niet altijd een match. Er wordt in de
regio ook ingezet op omscholing van mensen want er komt wel degelijk nieuw werk.
De heer Van der Horst (BOB) denkt dat werkzoekenden, soms wat lager geschoold, verder niets
doen als ze lezen dat er geen vacatures zijn. Het is op deze website niet duidelijk waar je moet zijn als
je werk zoekt.
Wethouder De Bie antwoordt dat mensen die een uitkering hebben ook gesprekken hebben met hun
klantmanager, die ze helpt zoeken naar passend werk.
De heer Van der Horst (BOB) geeft aan dat de eerste intake soms weken duurt.
Wethouder De Bie antwoordt dat werkzoekenden vaak al een traject bij UWV doorlopen hebben en
er wordt aan gewerkt om de trajecten op elkaar te laten aansluiten.
De heer Nouhi (BOB) merkt op dat ATEA veel reclame maakt, maar de website is oubollig.
Wethouder De Bie is het er mee eens dat er best een moderniseringslag mag plaatsvinden.
Met motie 7 Durven loslaten van CDA wordt gevraagd te onderzoeken welke knellende regels en
beperkingen er zijn waardoor het niet mogelijk is om nieuwe projecten op te zetten. Al werkende wijs
wordt ervaring opgedaan en ruimte gezocht. Een onderzoek is daar niet voor nodig.
De motie spreekt ook over nieuwe financiële mogelijkheden. Daar is het college al mee bezig en deze
motie is daar niet voor nodig.
Met betrekking tot motie 13 Experimenten sociale bijstand geeft de wethouder aan dat de
beleidsruimte die genomen wordt in het kader van de transformatie van het sociaal domein is.
Mevrouw Tecklenburg (GL) merkt op dat de motie juist gaat om de regels die nu al verruimd zijn.
Wethouder De Bie antwoordt dat er ontwikkelingen gaande zijn en dat het college op zoek is naar
ruimte die gericht is op het vinden van passend werk.
Mevrouw Tecklenburg (GL) merkt op dat dat mooi aansluit bij de motie.
Wethouder De Bie geeft in reactie op motie 12 Werk maken van sociale firma's aan dat het college
sociale firma's een warm hart toedraagt en heel concreet in gesprek is met sociale firma's om hen te
ondersteunen via Breda Doet. Er wordt gekeken naar afstemming met garantiebanen en ook met
gelden voor dagbesteding maar de motie legt ook een opdracht weg bij de gemeente om opdrachten
binnen te halen. Het college denkt niet dat dit haar rol is maar wil proberen nog een slag te maken om
werkgevers te faciliteren in het woud van regelingen dat ontstaan is.
Mevrouw Tecklenburg (GL) vraagt of de wethouder met de motie kan leven als de tekst zodanig
aangepast wordt dat de gemeente als een soort ambassadeur optreedt.
Wethouder De Bie antwoordt dat het college als ambassadeur wil optreden.
Op de vragen over de Kredietbank geeft de wethouder aan dat zij niet allerlei risico op achterstand
ziet maar toezegt dat zij aan de raad rapporteert als de achterstand niet meer acceptabel is en dan
extra maatregelen zal nemen om niet terug te gaan naar de oude situatie.
Op de vraag over de ambitie op armoede antwoordt de wethouder dat er een dalende lijn is en er niet
teruggegaan wordt naar doelstellingen uit 2013.
Motie 16 Schulden anders de baas past bij de ambitie van het college om tot een nieuw of bijgesteld
beleidskader schuldhulpverlening te komen.
Bij de gemeente Breda speelt het probleem van jeugdlonen niet maar bij ATEA geldt een andere cao
waardoor 19 medewerkers een jeugdloon ontvangen. Dat is tijdelijk omdat er geen nieuwe instroom in
de SW komt. Als ATEA hierop aangesproken wordt en geen jeugdloon mag hanteren beperkt dat de
kans op uitstroom omdat geen werkgever de jongeren regulier wil plaatsen met een hoger loon.
De heer Maes (SP) merkt op dat bij de beantwoording van artikel 41 vragen vermeld werd dat de
gemeente Breda jongeren een volwaardig salaris betaalt, maar er stond ook een zinnetje dat gelijk
werk gelijk betaald moet worden ongeacht leeftijd. Dat is een principiële uitspraak en het is raar dat de
sociale werkvoorziening ATEA dat niet doet.
Wethouder De Bie antwoordt dat ATEA inderdaad een onderdeel van het gemeentelijk bedrijf is maar
het college wil de concurrentiepositie niet nadelig beïnvloeden.
De heer Van het Hof (D66) heeft in eerste termijn concreet gevraagd hoe de experimenteerruimte op
de participatie zoals genoemd in het bestuursakkoord benut wordt.
Wethouder De Bie antwoordt dat het college meer ruimte wil in wat de proeftuin genoemd wordt en
onderzoekt of met een tweede re-integratiebedrijf gewerkt kan worden. Het college wil dat
vernieuwingen gericht zijn op uitstroom, vooral voor de groep met meer afstand tot de arbeidsmarkt.
Het college is ook bezig om verbindingen te leggen met cultuur en creatieve ondernemers. Voor het
nieuwe museum wordt niet alleen gekeken wat museumdeskundigen zeggen maar wordt nadrukkelijk
gevraagd wat ondernemers willen en kunnen bijdragen om tot een levend museum te komen.
Het college wil in verbinding met andere ontwikkelingen het Generaal Maczek Museum behouden
voor Breda.