110 De heer Lemaire (VPB) heeft een mooie toezegging gehad over het veraangenamen van het Stadserf. In de Voorjaarsnota zit een impuls om voor€ 1 miljoen de kwaliteit van de openbare ruimte aan te pakken. Uit dat budget kunnen een aantal locaties veraangenaamd worden. De keuzes van de locaties worden voorgelegd in de commissie. Het college is bezig om de communicatie bij evenementen te verbeteren maar ook iemand met een bestuursmandaat kan een antwoord geven wat een organisator niet zint. De wethouder heeft met Burgemeester Depla een halfjaarlijks bestuurlijk overleg met de horeca geïnitieerd, waar besproken wordt waar het knelt en waar in het proces en de organisatie aanpassingen gedaan kunnen worden. Deze lijn is ingezet en is in de geest van de motie. Daar is geen vacature voor nodig. De heer Aartsen (VVD) geeft aan dat de bestuurlijke daadkracht het punt is en dat gekeken moet worden hoe dat functioneert bij de stadsmariniers om die bevoegdheden te kopiëren. Wethouder Adank antwoordt dat de stadsmariniers goed werk doen waarbij het bestuurlijk mandaat bij het bestuur ligt. Er is inderdaad een oliemannetje nodig om in overleg de goede dingen te doen. De wethouder zet een kanttekening bij een nieuwe vacature en ziet de motie als een onderschrijving van de ingezette lijn. Wethouder Van Lunteren denkt dat het college en de raad het met elkaar eens zijn over de motie sociale innovatie. Er zijn veel processen gaande en de motie suggereert nog een proces. De intentie is hetzelfde maar op een andere manier vorm gegeven en met hetzelfde resultaat, waarin Pakhuis B en andere instellingen kunnen fungeren als een doetank. De heer Van der Velde (PvdA) weet ook niet precies wat een doetank is maar het gaat erom dat de projecten er komen en dat er steeds vernieuwd wordt. Wethouder Van Lunteren constateert dat de meningen over de uitslag van het RIGO-rapport en de duiding van de getallen blijven verschillen. Binnen een maand zal de wethouder de raad een woonlastenonderzoek doen toekomen wat meer duidelijkheid geeft en een goede aanleiding is om de 1000 woningen nader in te vullen. Het passend toewijzen is een wettelijke bepaling, waarover de wethouder graag het debat aangaat in Den Haag. De wethouder heeft moeite met de negatieve grondhouding en de toon en taal die fractie VVD kiest over de woningbouwcorporaties. Zij zijn van goede wil, binnen de beperkingen die zij opgelegd hebben gekregen. De heer Aartsen (VVD) wil voorop stellen dat het geen negatieve grondhouding is maar dat de fractie wel kritisch is als zij in de krant leest dat een organisatie die in het leven is geroepen om woningen te bouwen voor mensen met een kleine beurs zegt dat als er veel mensen naar Nederland komen die gebruik moeten maken van deze woningen, dat het niet hun probleem is. De voorzitter concludeert dat hiermee een einde is gekomen aan de tweede termijn van het college. De heer Koniuszek (GL) trekt naar aanleiding van een duidelijke toezegging van de wethouder motie 17 in. De voorzitter concludeert dat motie 17 Baanafspraken geen deel meer uitmaakt van de beraadslagingen. Alvorens over te gaan tot stemming over de moties en het amendement schorst de voorzitter de vergadering. SCHORSING De voorzitter hervat de vergadering. BESLUITVORMING - Amendement 1 met betrekking tot raadsvoorstel 44708 Voorjaarsnota jaarschijf 2016 heeft een aanpassing op punt 1 en een verzoek aan het college. De voorzitter concludeert dat amendement 1 unaniem is aangenomen. - Aangepaste motie 1 De Bredase evenementenmarinier Stemverklaringen De heer Maes (SP) denkt dat de term marinier niet aanspreekt in de horeca maar aangezien dat een werktitel is stemt de fractie voor. De heer Vuijk (Breda'97) stemt voor mits bewoners ook partij zijn. De heer Elbertse (CDA) gaat ervan uit dat ook met omwonenden gesproken wordt. Notulen gemeenteraadsvergadering d.d. 16 juni 2016 Pagina 110

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2016 | | pagina 28