167 percentages. Op het gebied van verbreding van de mogelijkheden is het beleidskader onvoldoende duidelijk. De definitie van social return is in het beleidsvoorstel nog strak en in de zes hoofdlijnen wordt met geen woord gerept over een bredere invulling. Fractie VVD zal een amendement indienen om die duidelijkheid wel te scheppen. Het beleidskader was ook onduidelijk over de bevoegdheden. Het college is bevoegd tot vaststellen van drempelbedragen, normen, percentages en boeteregels op het gebied van social return bij inkoop. Bij subsidies is de raad bevoegd via de subsidieverordening. Het beleidskader is hierop aangepast. Overigens stelt de raad in de subsidieverordening alleen een drempel van 150.000 vast. Normen, percentages en boeteclausules worden via de subsidieregeling weer naar het college gedelegeerd om via nadere regels vast te stellen. Die instrumenten zijn bedoeld om social return te optimaliseren. Fracties CDA en VVD vinden het belangrijk om goed zicht te krijgen op de ambities voor social return, de resultaten en de daarvoor ingezette instrumenten. De begroting en de jaarrekening lijken daar prima momenten voor. Daarom het volgende amendement. De voorzitter leest amendement 1 zaken doen met een sociaal karakter voor: "Besluit: Het voorliggende besluit te wijzigen, als volgt: Een nieuw besluitpunt nummer 2 toe te voegen: het college opdracht te geven om jaarlijks via de jaarrekening en begroting aan de gemeenteraad te rapporteren over respectievelijk de behaalde en de te behalen resultaten op gebied van Social Return. Hierbij in het bijzonder in te gaan op de door het college gehanteerde en de te hanteren parameters bij zowel inkoop als bij subsidies m.b.t.: - drempelbedragen, normen, percentages en boetebedingen; - de ambitie voor Social Return en het resultaat door Social Return in Breda en hierbij het resultaat uit te drukken in het aandeel bedrijven dat social return invult met de Prestatieladder Socialer Ondernemen, het aantal plaatsingen (inclusief leerlingen), de aard en omvang van de creatieve invulling en de geldwaarde van de social return." Amendement 1 is ingediend door de fracties van CDA, WD, GroenLinks, Trots/OPA en SP en maakt deel uit van de beraadslagingen. Mevrouw Groeneweg (CDA) vult aan dat het erom gaat om met elkaar hierover een discussie te voeren. En om meteen met een discussie te beginnen: de 150.000 als drempel bij subsidies en inkopen en 1 miljoen voor werken is best hoog, zeker omdat creatieve invulling mogelijk gemaakt wordt. Laten we niet met die grens een potentieel aan mooie invullingen liggen? Mevrouw Vermeer (VVD) vindt social return on investment een mooi streven maar het moet vooral niet bij het streven blijven. In de raadsvergadering van 16 juni nam de raad een motie aan om SROI te verbreden, een impuls te geven en optimaal te laten renderen. Met het voorstel in de commissie Economie wordt daarmee door het college een eerste aanzet gedaan en dat is mooi maar te beperkt en voldoet niet in optima forma aan de motie. Om die reden en na gedachtewisseling in de commissie het volgende amendement. De voorzitter leest amendement 2 Social return on investment voor: "Besluit: Het ter vaststelling voorliggende besluit vast te stellen met de volgende wijzigingen: 1op pagina 5 van het beleidskader de definitie van Social Return "Social Return is..van de opdracht." te vervangen door: "Social Return is het door de opdrachtgever stellen van (sociale) voorwaarden aan de opdrachtnemer, met als primair doel werkgelegenheid te bevorderen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dit kan zowel bij inkoop als bij subsidies. Anders gezegd: de opdrachtgever verplicht de opdrachtnemer om een bepaald deel van de aanneem- /opdrachtsom of subsidiebedrag te besteden aan de inzet van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt voor de duur van de opdracht"; 2. op pagina 5 van het beleidskader het doel van Social Return "het doel van...werk te helpen." te vervangen door: "Het primaire doel van Social Return is om zoveel mogelijk mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan betaald werk te helpen." 3. op pagina 12 van het beleidskader, aan De 6 Bredase hoofdlijnen, één hoofdlijn toe te voegen. Die hoofdlijn luidt als volgt: "Hoofdlijn 7 Creatieve invulling Creatieve invulling van Social Return is mogelijk bij alle opdrachten/subsidies waarbij een Social Return opgave is afgesproken, mits aangetoond kan worden dat reguliere invulling bijzonder moeilijk dan wel (schier) onmogelijk is bij de opdrachtnemer/subsidieontvanger." 4. op pagina 13 van het beleidskaderde laatste alinea "De gemeente beoordeelt...van kandidaten." te schrappen en te vervangen door: "De gemeente beoordeelt of een activiteit wel of niet gezien kan worden als creatieve invullingsmogelijkheid voor Social Return. Naast bovengenoemde voorbeelden kan gedacht worden aan zorg activering, BOL- dan wel BBL-trajecten, stages of desnoods een bijdrage aan bijvoorbeeld een stichting met een maatschappelijke Notulen gemeenteraadsvergadering d.d. 29 september 2016 Pagina 167

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2016 | | pagina 10