169 bedrijven zijn en de overheid blijft achter. Wat is het wantrouwen tegen deze partijen want ze doen al ontzettend veel? De heer Van den Bosch (D66) antwoordt dat als het leidt tot banen en die 2 of 5% fractie D66 dik tevreden is. Dit amendement is in de beleving van fractie D66 een ongewenste afzwakking en leidt niet tot creativiteit maar tot gemakzucht, afkoopgedrag en een hoop gedoe over de uitvoering want wanneer is iets "bijzonder moeilijk" of "schier onmogelijk" en wanneer is het wel of niet een creatieve invulling van social return"? Mevrouw Vermeer (VVD) verbaast zich over het wantrouwen wat hieruit spreekt want het is enkel een verruiming en geeft alleen maar meer mogelijkheden om samen te zorgen dat het optimaal gaat renderen en dat er op kleinere bedragen eventueel een mogelijkheid bestaat om iets te doen voor de stad door bedrijven die dat willen. Fractie VVD ziet hier alleen maar kansen in. De heer Van den Bosch (D66) heeft het niet over wantrouwen en heeft aangegeven sterk voor creatieve invulling te zijn maar wil dat de doelstelling helder is en wil voorkomen dat er gedoe en discussie komt over "schier onmogelijk". Als de gemeente dat niet vindt, wat dan? Kan er dan beroep ingesteld worden, komen er dan normen waartegen getoetst wordt? Heb een helder beleidskader en kijk dan vervolgens hoe je er vanuit een creatieve invulling toe kunt komen. Een dergelijk voorstel mag ook mislukken maar de doelstelling is om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt hetzij een stagehaan hetzij een garantiebaan te geven. Mevrouw Groeneweq (CDA) vraagt zich af of fractie D66 een amendement gaat indienen want in de uitvoeringsregels van dit beleidskader staat precies diezelfde passage. Het amendement probeert duidelijkheid te scheppen want blijkbaar levert het onvoldoende helderheid op als je het niet ook in de hoofdlijnen neerzet. De heer Van den Bosch (D66) merkt op dat er des te meer definities te hanteren zijn. Mevrouw Vermeer (WD) raadt fractie D66 aan om het amendement te steunen want die 2 en 5% zijn nu nog nergens vastgelegd. De heer Van den Bosch (D66) vindt dat uitvoering en wil daar best over praten maar dan moet de definitie helder zijn. Het gaat om de essentie dat het bedrag besteed moet worden aan garantiebanen voor de desbetreffende doelgroep. De heer Van der Velden (PvdA) merkt op dat het nog steeds niet makkelijk is om aan werk te komen ook al groeit de economie en ook al groeien bijvoorbeeld voor de groep oudere werkzoekenden de kansen. De PvdA ziet het als verantwoordelijkheid van iedereen, van alle werkgevers, ondernemers en overheid om ook voor de mensen met grote afstand tot de arbeidsmarkt werk mogelijk te maken. En de overheid moet het goede voorbeeld geven en aan touwtjes trekken om ook de inzet van anderen te realiseren. Social return is zo'n touwtje. Het beleid op dat punt was toe aan uitbreiding, aanscherping, harmonisatie met andere gemeenten en flexibilsering met als doel de kansen op werk voor de doelgroep vergroten. Toevoegen van social return aan de subsidievoorwaarden is zo'n uitbreiding en aanscherping is ook nodig om duidelijk te maken voor wie we het doen, hoe we het inzetten en hoe we het meten. En aan onszelf als werkgever moeten we natuurlijk ook eisen stellen. Harmonisatie is ook belangrijk zodat werkgevers op verschillende plaatsen te maken krijgen met dezelfde regels. Flexibilisering is nuttig omdat het doel, scheppen van werk, langs verschillende wegen kan worden bereikt. Flexibiliteit is er ook door een bedrijf dat op trede twee zit van de prestatieladder geen andere social return verplichtingen meer op te leggen en ook het bedrijf dat social return biedt in Venlo en in Breda een opdracht van de gemeente krijgt laten tellen. En of die mogelijkheid er is wordt niet helemaal duidelijk. De PvdA is geen voorstander van nog uitgebreidere definities of voorwaarden omdat het doel dan verwatert en houdt vast aan de doelstelling: bevorderen van de werkgelegenheid. De fractie begrijpt niet waarom in een van de amendementen wordt toegevoegd dat dit het primaire doel is. Wat is dan het secundaire doel? Mevrouw Groeneweq (CDA) vraagt zich af of fractie PvdA dan uit het beleidskader de paragraaf wil schrappen die gaat over de creatieve invulling. De heer Van der Velden (PvdA) vindt het doel zoals het geformuleerd is helder, namelijk het bieden van werk aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De overheid kan ervoor zorgen dat door het instrument social return die werkgelegenheid wordt verbeterd. Als er in een amendement wordt gezegd dat dat het primaire doel is, is de logische vraag was is dan het secundaire doel? In het voorstel staat een mooi pakket van maatregelen, duidelijk maar niet te rigide. En dan moet het beleid natuurlijk nog gaan werken en wil de raad weten of het lukt dus in de nota staat dat er een goed monitorings- en registratiesysteem moet komen. De fractie hoort graag van het college wanneer dit systeem wordt ingericht en op welke punten het college de raad informeert. De informatie zal in de berap worden verstrekt maar de berap brengt in beeld wanneer zaken niet gaan zoals we willen en hier hebben we nog geen concrete doelen geformuleerd. Fractie PvdA stelt voor om eind volgend jaar een eerste evaluatie te maken en die te presenteren aan de raad en op basis van die evaluatie scherpere doelen voor volgend jaar vast te stellen. De heer Uijl (SP) vindt dat meedoen in de maatschappij ontzettend belangrijk is, je eigen geld verdienen, al dan niet met ondersteuning, geeft eigenwaarde en dat gunt de SP ieder mens. Daarom is de SP enthousiast over het beleidskader social return. De ja- mits-houding is daarin ontzettend belangrijk. Het mede door fractie SP ingediende amendement versterkt die oproep. Het primaire doel moet zijn het bieden van plaatsen aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt maar dat moet niet het uitsluitende doel zijn en het creatief invullen is op deze manier goed verwoord. Social return moet niet uitdraaien op een moeilijk getouwtrek. Notulen gemeenteraadsvergadering d.d. 29 september 2016 Pagina 169

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2016 | | pagina 12