uit vorenstaande Staat»zal tevens meerendeelskunnen worden, afgeleid in hoeverre den opbrengst der Landelyke Accynsen, heeft toe of afgenomen» Dat wy ook in 1829 weder al het mogelyke hebben gedaan,om de surveillance te vermeerderen en daardoor den menigvuldig plaats hebbende sluikhandel te keeren of te verminderen,daar— van kan onder anderen ten bewyze strekken de aan uwe Bxcell gedane voordragt om de nog niet daartoe geadmitteerde Stedelyke Bedienden der Belasting,alsmedede Agenten van Policie,als buitengewone opzieners van 's Ryks Accynsen toe telaten,welke eerstgemelde ook vervolgens door UwHoogBdGes zyn geagreëerddoch met te kennen geven,dat zulks,om opgegeven redenen,met de laatste niet eveneens konde geschieden;ten gevolge waarvar deze zich nu alleen totde surveillance voor stads eigen middelen bepalen,en daarin zeer veell vigilantie betoonen» Voorts hebben wjr,op de bekoomen berigt van het afgeven door den Heer Kommandant dezer vesting,van permissien,tot._ het passeren der wal by den nachtalsmede het onbepaald toestaan tot het binnenkomen der poorten,Zyn Edlsestr vezocht daarin met omzigtigheid te werk te gaan en ons van de verleende vergunningen te willen informeren. Ten aanzien der voorloopige veranderingen welke ten gevolge der invoering van een nieuw of geweizigd Landelyk Stelsel ven Belastingen,met 1 januarie 1830,in de stedelyke middelen zyn aangebragtvermesnen wy ons te kunnen gedragen aar. ons deswegens gedane verslag by Missive van den 6eJanuary jl N° 13,en bygevoegde exemplaren van het Reglement met Tarief,en zullen het tot een eerste punt onzer overwegingen maken,om voor het arresteren van het naider Reglement hetwelk binnen de twee eerste maanden van dit jaar,Ter approbatie moet worden ingezonden nog alle artikelen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1829 | | pagina 9