Gemeente Begrootingen
By onze Missive van den 10e September jl. No<>509, hebben wy aan
H.H. Gedeputeerde Staten de hedenen ontvouwd, om welke wy ook
weder voor 1831, buiten de mogelykheid waren gesteld, de
Stedelyke Begrooting ten daartoe bestemde tyde in te zenden; en
0
H.E.G.A. hebben by rescriptie van den 14 daaraanvolgende
Litt.F. Financiën te kennen gegeven, daarop dan ook niet verder
te willen insteren
met invitatie echter om wanneer zulks maar eenigzins op ge-
genoegzaam voldoende gronden zal mogelyk wezen, dezelve da-
delyk op te maken, dit is ook steeds ons doel, maar hoewel som
mige der by opgemelde Missive opgegeven redenen, thans wel niet
meer geldig zyn, zoo zyn de belemmeringen evenwel ook nog niet
alle uit den weg geruimd, daar ook nu nog, ten gevolge der
omstandigheden, met geene mogelykheid omtrent de inkom
sten eenige raming kan worden gedaan, hetwelk toch vol
strekt noodzakelyk is om de uitgaven daarop te gronden,
terwyl ook voorts, die uitgaven zelve voor nog geene genoeg
zame berekening vatbaar zyn hetgeen ook vooral het geval
is ten aanzien der Schuttery voor welke reeds sedert eenige tyd
aanmerkelyke buitengewoone uitgaven zyn gedaan en ook nog
waarschynlyk verder zullen moeten plaats hebben.- Zoodra
nogthans de menigvuldige bezigheden der Stedelyke Admi
nistratie zulks maar eenigzins gedogen, zal de Begrooting
nu opgemaakt en vervolgens ter goedkeuring ingezonden worden.-
8. Aanzuivering der Gemeente Rekeningen
By het verslag over 1829, hebben wy te kennen gegeven dat
wy