yI i I 26 November daaraanvolgend Litt, C, Afdeeling van Policie provisioneel gedifficulteerd, met byvoeging tevens, dat in geen geval meer dan een cent als minimum zou kunnen toège- staan worden.- 13 Onderw.ys Ten gevolge het te kennen geven van den Stedelyken Raad, by Missive van den 20 Maart 1829 No,188, dat het te bezwarend voor de Stad zyn zoude, om, by al dien aan den Rector der Latyn- sche Scholen A.L. Kaldenbach des zelfs ontslag werd verleend met behoud zyner .jaarwedde als pensioen als dan te moeten voorzien in de wedde van eenen eventueel nader aan te stellen tweeden Leraar als namelyk het toen vacerende conrectoraat provisioneel niet werd vervuld, maar aan den opvolgenden Rector by voorraad het onderwys van alle de klassen werd opgedragen/ is ons by U.E. Missive van den 19 February 1830 A. No.3, medegedeeld het verlangen van den Heer Administrateur voor het Onderwys enz. om informatie welke bydrage de stad in een pensioen van den Rector op haar zoude wilden nemen, waarop by den Raad is besloten dezelve te bepalen op ƒ150 'sjaars, en waarvan onder'opgave van redenen by Missive 0 van den 27 dezer maand No.157, aan U.E., is kennis gegeven.- Terwyl by eene nadere correspondentie, de noodige inlichtin gen en Stukken -zyn ingezonden, om een Rykspensioen voor gedachte Rector by Z.M. te kunnen aanvragen, hetwelk van dat gevolg is geweest, dat den Heer A.L. Kaldenbach volgens gecommuniceerde Resolutie van Z.E. den Minister van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1830 | | pagina 29