heeft de Raad daarvan in het algemeen belang der ingezetenen dezer stad,gebruik gemaakt,op grond dat ten gelyk dat zulks ook reeds by het verslag van 1832,tot vervolg op het deswegens in het midden gebragte.Door den afgevaardigden voor deze Gemeentetot het bywonen 0 der kantonale vergadering alhier gehouden den 3 Mei van dat jaar,is gezegd geworden,het by de examinatie van het Tableau van de resultaten der nadere tarieven voor alle de gemeenten van het kanton Breda (Model L O) was gebleken,dat de begrotingen van de huurwaarde der gebouwde eigendommen voor deze stad te hoog zyn ge6teld.Bn by welk algemeen bezwaarschrift het geen in het laatst de maand Juny 1833,aam Z.M, is ingezonden zo op grond der sedert 1811,door het Arrondissement Breda,ten onregte gedane overbetaling van /94902-16-18 's Jaarsen waartegen alle sedert gemaakte adressen niets hebben kunnen baten),als om de aanmerkelyke veranderingen,welke sedert den aanvang der kadastrale werkzaamheden in 1826,/ten aanzien dezer stad hebben plaats gegrepen,daar deze nu weder eene Vesting op de uiterste en steeds meest bedreigde grenzen is geworden en de verder daaruit van zelve voortvloeyende motieven, is verzocht,dat zoo wel als voor de Provincie Vriesland het bezwaar eener ongelyke verdeling genoegzaam heeft mogen in aanmerking komen,om dezelve voor het vervolg gedeeltelyk te ontheffen,op de stad Breda ook om voorn overbelasting van het arrondissement (welke sedert 1811 met de opcenten verre over de twee milloenen beloopt en waarin de stad voor een aanmerkelyk aandeel heeft gedragen)alsmede om de verder ontwikkelde redenen niet slechts geene

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1833 | | pagina 5