bestaanden van behoeftige, met den eersten ban uitgetrokken Schutters, zoo wy verhopen, het laatste zal kunnen blyven als hetwelk toch op den duur een niet onaanzienlyk bezwaar uitmaakte, daar dit Crediet nu reeds tot 6000 is opge klommen; terwyl het Armen Kollegie zich ook voor dit Jaar heeft kunnen soutineren zonder andere buitengewone Subsidie, dan die van ƒ800, tot vergoeding van het gemis weder der poortgelden, gelyk daartoe by deliberatie van den Raad van 14Nov. 1834 Litt. C voordragt is gedaan en by H.E.G.A. opgevolgd besluit van den 18 dier maand Litt E, autorisatie is verleend geworden zynde verder de Armen- Rekening van 1832die den 22 April 1834 by den Raad is opgenomen sedert een aantal de eerste welke een batig slot, hoewel dan ook slechts /43,65-è bedragende/, heeft opgevoerd. De overige byzonderheden omtrent den Armen als ook der Gestichten, enz. het onderwerp van afzonderlyke opga* ven by wyze van Tabellen uitmakende, zullen wy daaromtrent alhier niet verder uitwyden, alleen moeten wy tot vervolg op het deswegens vermelde in het vorig verslag, omtrent de beleenbank hierby voegen, dat op het daartoe in den aanvang van1834, door de commissie van administratie gedane voorstel, by den Raad is besloten, om aangezien de alstoen nog steeds toenemende doch sedert verminderde beleeningen, het Crediet op Stads Kasse, van ƒ8000 tot desnoods ƒ12000 te verhoogen, onder den last echter om daarvan, voor het gedeelte over hetwelk daadwerkelyk is beschikt, eenen interest uit te betalen, van 3 perc., doch met bevoegdheii -d: daarentegen, om die gelden by termynen van drie of zes maanden, mits telkfens, by ronde Sommen, te restitueren gelyk zulks dan ook reeds gedeeltelyk is geschied. By missive van H.E.G.A. van den 11 November 1834 Litt. Z Afd. Policie is, ten gevolge het nader Schryven deswegens van den Raad, van den 1 October te voren No.554, autorisatie verleend om van alle reclame ten laste van den gewezen pachter der Beleenbank den Heer N.J. van Reuth

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1834 | | pagina 19