Jt/
geleden, en die op omtrent ƒ400 wordt begroot, welk
rekwest, door ons volgens Uwer Exc. apostille
van den 14 November jl. A No.19 Afd. van Policie, is gesteld
in handen van Heeren Curatoren, doch is daarop door
H.Ed, by missive van 19 «January 1835 gerapporteerd,
dat het hun, om de tevens medegedeelde redenen, is voor
gekomen, dat er geene voldoende termen aanwezig
zyn, om van Stadswege dit Traktement te verhoogen,
ongeprejudiceerd nog thans de eventuele aanspraak
om by voege van gratificatie uit 'S lands Kas te worden
schadeloos gesteld,; en tot welk berigt, als tevens om gevoelen
behelzende by de onze van den 20 January daaraanvolgende
No.88 ten principale is gerefereerd.
De Heer Knuvener Scheffer; die blykens het vorig verslg
en de daarby aangehaalde correspondentie, door ons in het
laatst van 1833, is geadmitteerd tot het oprigten alhier ter
Stede eener byzondere School van de 2e Klasse, en kort daarop
met deszelfs onderwys heeft aangevangen heeft het, door de
doelmatigheid van zyn onderrigt en aan den dag gelegde
kunde, nu reeds tot hoogte gebragt, dat hy een aantal
van niet minder dan 90 discipelen heeft, Dat zulks
hoe wenschelyk ook in eenen algemeenen zin, zeer schadelyk
is voor de overige Schoolonderwyzers/die toch trouwens
ook alle krachten inspannen/ ligt in den aard der zake,
en het was ons dus aangenaam te vernemen, dat aan
A. Ter Poorter, op deszelfs herhaald verzoek om onderstarid
eene toelage voor eens van ƒ200, is toegestaan, waartoe
ook sedert door P.D. de Somer nader rekwest aan Z.M.
is ingediend geworden.
Voor de Stads Armenschool eenen afzonderlyken Staat
by de Tabellen der Armen inrigtingen gevoegd wordende
wordt by deze daartoe voorloopig gerefereerd.
Met genoegen hebben wy gezien, dat ofschoon voor daiHeer
A.J.H. Cuypers, die in het laatst van 1833 provisioneel
is belastmet het onderwys in het vak der Bouwkunde
aan Stads-Teeken-Instituuthet vereischte Certifi-