dier rekwestranten, en anderen, opzettelyk gedane onder
zoek, ons hebben verpligt geacht, om by Missive
van 31 July 1834/, ten hunnen behoeve by Uwe Exc. te
interiederen, te einde aan de bedreigde executoire
uitwinning ten aanzien van het patent en de mede te
hoog opgevoerde Personele Belasting, geen gevolg
mogt worden gegeven; met dat effect, dat by U.H.E.G.
besluit van 13 October daaraanvolgende, G No.45, is
verklaard, dat hoewel niet in eene doorgaande bepaling
in afwyking der instructie nopens de oninbare posten
zou kunnen worden toegetreden, nogthans voor gem.
afgeloopen dienst, zooveel mogelyk in het bezwaar zou
worden voorzien; hetgeen ons zeer aangenaam ware, want
toch, hoewel het waarheid zy, dat de beambten van 'S Ryks
Belastingen, hunnen pligt moeten volgen en ook het bezwaar
in den taup en de verdere bepalingen der wetten zelve ligt
opgesloten, is het nogthans niet mider waar, dat ook in de
uitvoering, overdryving kan plaats hebbeg. en het belang van het
ryk in de gevolgen onmiddelyk aan het invidueel belang
is verbonden, ja zelfs daarvan met der tyd, als het ware,
afhankelyk wordt.
Omtrent de grondbelasting van JT834 heeft er wat het Totaal
betreft, medé eene vermindering plaats gehad, alzoo het geheele
beloop van dat Kohier was ƒ18,732,92 terwyl dat van 1833
ƒ19,083,50 beliep; echter is deze reductie slechts schynbaar
in zoo verre, dat dezelve, alleen is ontstaan door het onder
scheid der opcenten voor de buitengenwone Ryks-Begrooting, waar
voor in 1833, 20 opcenten en in 1834, J_2 zyn geheven, terwyl
daarentegen de hoofdsom der belasting van ƒ14,116,82 op
ƒ14,723,80 is gestegen, hetgeen daardoor is te weeg gebragt
dat-volgens de wet van 30 December 1833 /Staatsblad No.77/
voor 1834 de helft /in plaats van in 1833 het 47. /naar de
uitkomsten van het Kadaster moeten worden voor gedragen,
waardoor het, by de ten minste voor /3 te hooge berekening
der huurwaarde voor deze Stad,/gelyk daarvan in het vorig vers
lag op §3, en in het daarby aangehaalde bezwaarschrift
is melding gemaakt/te voorzien ware, dat by eene algeheele
invoering van het Kadaster, de hoofdsom, der grondbelasting
nog aanmerkelyk zou zyh opgedrevencgewordenen
waarom het bezwaar, door een vermindering der