het uitnemen der losse stenen.zodra mogelyk
zal plaats hebben.
6 Invordering der Plaatsel.yke Belastingen.
By het,met de missive van Hun Edele Groot
Achtbare van 20 January 1835 hd Afdeling Finan-
cie ontvangen Koninklyk besluit van den 30 Decem
ber 1834 N 21volkomen goedgekeurde zynde het
by deliberatie van den Raad van den 1 February
te voren lett D,voorgedragen nader Tarief voor
de Stedelyke Belasting op den turf en de
Steenkolen,gegrond op de rangschikking voor
den Landelyke Accyns op de middelen,by
de wetten van den 26 December 1833 (Staatsbladen
N 72 en 73)aangenomen,is hetzelve tarief
daarop den 1 April 1835 voor de atad in wer
king gebragten dewyl by het opmaken daar
van tot grondslag was aangenomen,dat de
Stedelyke Belasting op den Turf het 3/4 en
die op de Steenkolen het 1/5 van den landelyken
Accyns zoude bedragen,was het wel vermoe-
delyk dat daar de mindere kwaliteiten
van die Brandstoffen hierdoor lager werden
belast,de opbrengst minder zoude zyn,gelyk
zulks dan ook,blykens het vermelde in de
laatste kolom van den hierneven staande Staat
over 1835 het geval is geweest,alzo het rende
ment van dat jaar,by vergelyking van 1834»