1837,by den Stedelyken Raad is opgenomen, een goed slot opgeleverd van ƒ499,99t, doch daartegen bestonden ook nog enige schulden,welke zelfs dit boni ezcedeerden, doch die op hun beurt,wegens de wanbeta lingen van Bergen op Zoom en Baarle-Nassau waaromtrent in 1837 door ons aan HunEd GrootAchtb nader adres is gemaakt,ook van dezerzyds niet tydig konden voldaan worden.Intusschen heeft den Armen het geluk gehad,dit jaar in de possessie te komen van een legaat van wylen Juffrouw Ida Jacoba Heppers van ƒ1000,waar van de revenuen aan nu mede wylen den Heer Thomas Willem van Campen, zyn leven lang gedurendewaren toegekend, en voor de aanvaarding van welk legaat by Z.M.besluit van den 19 July 1837 N 56,autorisatie is verleend,mits die gelden aan inschryvingen op het Groot boek der Nationale werkelyke schuld belegd geworden. Van de verdere inrigting van Weldadig heid, als daar zyn:de Godshuizen,(waar van geene onder ons regtstreeks beheer staan,wordende alleen van het oude mannen gasthuis de benoeming van Re genten door het Stedelyk Bestuur gedaan en de Rekeningen dier administra tie door hetzelve opgenomen),het R.K. Gasthuisverder de Bank van Lening,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1837 | | pagina 29