1838, by opvolging benoemd den Heer Hendrik 0 Straatman, Leraar der 1 Klasse in de Wiskunde aan de Konihklyke Militaire Akedemie, alhier, te wiens behoeve, by dispositie van Z.E. den Heere Minister van Binnenlandsehe Zaken van 1 December No.175 58 Afdeeling (door uwer Exc. tussenkomst ontvangen) dispensatie van den vereischten graad, met goedkeuring der benoeming is verleend geworden. Aan den Conrector den Heer H.J. Aernout is, om het bestaan nog altyd der vroegere redenen daartoe, in het voorjaar van 1838 eene nadere gratificatie van ƒ200 door Z.M. verleend, tot welker herhaling door hem kortelings op nieuw is verzoek gedaan. Het lager onderwys op eenen vasten en over het geheel genomen tevens doelmatigen voet ingerigt zynde, zal daaromtrent, na het ver melde deswegens in het vorige verslag, niet opnieuw in byzonderheden behoeven getreden te worden; te minder, dewyl van het even gezegde en van de opofferingen daartoe van Stadswege gedaan wordende, uit de invulling der Staten gevoegd by de circulaire van HunEdGrAchtb. van 28 Augustus 1838 /Prov. blad No.124 nog zoo veel noodig: nader zal zyn gebleken, gelyk ook van de doelmatigheid der localen en de voorziening in de henoodigde Schoolmeubelen, voor zoo verre zulks der Stads Scholen aangaat, terwyl van het onderhoud dier gebouwen, ook op §5 hiervoren weder is melding gemaakt. Op de daartoe door de School onderwyzers AT; ;ter Poorten; PjD de fjomen en A. Kip aan Z.M. ingediende adressen, heeft het Hoogst- dezelve behaagd hun respectivelyk een nadere gratificatie toe te staan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1838 | | pagina 27