P.M. Leerintvelt, welke echter om diens ver trek, vermoedelyk niet zal tot Stand komen), zoo vele onderwerpen van afzonderlyke corres- pndentie met Heeren Gedeputeerde Staten hebben uitgemaakt, zal zulks ten deze wel niet nader behoeven te worden opgenomen, te meer dewyl de uitvoering der diensten, het toezigt daarop, alsmede op de wagens, paarden en verdere toestellen, nog afzonder- lyk wordt behandeld in een speciaal rapport van den Kommissaris van Policie, waarvan by onze Conductoire van den 12e January 1843 Né. 41, weder afschrift aan HunEdGrAchtb. is ingezonden. Echter vermeenen wy nog hierop als by herinnering te kunnen melding maken, dat ten gevolge den door den paardepostmeester alhier, aan Z.E. den Heere Minister van Financien ingebragte klagte over de beboeting van een zyner postillons, rydende de Belgische (Fransche) Snelpost, zoogenaamd, wegens het draven door de Stad, zulks aanleiding tot correspon dentie heeft gegeven, doch dat deze Zaak, door inzending van kopy van het Vonnis der Arrondisements-Regtbahk alhier, in verband met de Stedelyke verordeningen, door ons is gereleveerd en bewezen, dat deze veroordeeling geenzins was wegens het draven als waartegen, op zich zelve, voor den Snelpost., nimmer is toegezien, maar door het, ten gevolge het ryden op eener "ongehoorden harden draf", veroor zaken van een ongeluk aan een kind, waarvoor toch, zoo wel dien postillon, als ieder ander, wettelyk moest verant- woordelyk zyn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1842 | | pagina 18