dus tevens blykt, dat aan de aanschryving by het Prov. blad No.146 van 1844, ter herinnering der Ingezetenen van de door hun by aanbouw, herbouw,enz, te observeren formaliteiten tot het' tydelyk erlangen van vrydom, geregeld wordt voldaan. Onderhoud van Publieke gebouwen Dewyl buiten de herstellingen aan den Toren der groote ^erk, gedurende 1844 weinig afzonderlyke werken van eenige omvang zyn ondernomen heeft byna al hetgeen tot herstel en onderhoud van Stads gebouwen is moeten worden verrigt, plaats gehad door den Aannemer van Stads werk volgens tarief; doch is niettemin niets van het noodzakelyke verzuimd.- Ook heeft voor Stads verfwerk, zoo als anderzins vroeger gebruikelyk, geene aanbesteding plaats gehad, maar had de ondervinding geleerd, dat het verven voor eigen rekening, meer duurzaam en vooral daardoor in de gevolgen, ook min kostbaar zy. Zelfs is het bovenbedoeld herstel van den grooten toren, buiten aanbesteding ondernomen, zoo wel, uit hoofde men aanvahkelyk geene genoegzaam overzigtover dit werk, van grooten omvang hebben konde, als uit hoofde het Stedelyk Bestuur, nu toch de verpligting tot dat herstel en het verder onderhoud van af het Zerkedak eenmaal tot de Stad was verwezen en zulks by dezleve, tevens ten gevolge der toegekende Subsidie van ƒ10000, was aangenomen, waaromtrent tot het vorig verslag kan worden gerefereerd), zich vooral wilde ver-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1844 | | pagina 4