<3/ in het geheel van omstandigheden afhankelijk te zijn; doch van de Stand van welke onderneming men bij het Provinciaal Gouvernementbeter dan wij zal kennis dragen.- Ten slotte wordt hier nog gewag gemaakt, dat de delimitatie van 'S Rijks-Stads en particuliere gron den binnen de vesting, zoo tegen als op de fortificatiën en bij de Militaire gebouwen, alsmede omtrent de pleinen in de nabijheid en over dezelver eigendom of beschikking en verder de wegen tusschen de ves tingwerken en meer bijzonder de weg in de rigting naar Ginneken om het bezit bij de Stad en die Gemeente van den Straatweg aldaar) al het welk reeds sedert de laatste jaren, punten van veel vuldige correspondentie opnemingen en conferentien, met de Militaire Genie hebben opgeleverd, dit jaar zoo al niet ten einde gebragt, echter eene aanmerkelijke Schrede heeft voorwaarts gedaan, waarbij wederkee- rig met de meeste welwillendheid, doch behoudens het conserveren der regten van de Stad of particuliere eigenaars, is te werk gegaan, en van den uitslag van welke operatien, door de Genie de Vereischte teekeningen en proces-verbaal zijn opgemaakt en deze laatste na overweging bij het Stedelijk Bestuur door ons tot eindbeslag geteekend te worden gelijk zulks dan ook heeft plaats gehad, waarna dezelve tot een geheel gemaakt, van Uwe Exc. zijn ontvangen om ook ter visie gelegd te worden van de verder belanghebbendendoch waarbij daar tegen geene reflecten zijn ingediend, terwijl wat het Bestuur betreft, bij het retour is moeten worden gereclameerd, tegen de toekenning daarbij van het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1846 | | pagina 31