vee en verkoopen van vleesch; omtrent het brood; voor de Vischmarkt en dergelijk, wegens het naarko- men of doen observeren oftewel daaromtrent te rap porteren, ieder beambte in den zijnen verantwoor- delijkeie en waarop door den kommissaris van Policie, uit eigen hoofde, of soms op Specialen last, een waakzaam oog wordt gehouden op opneming gedaan.- Broodzettingen Bi^ deliberatie van den Raad van 5 februarij 1847 B. is op de aanmerking van Heeren Ge- dep. Staten omtrent het verschil wegens het verlies van Stuifmaal bij de in januarij te voren geda ne proefbakking met Rogge van den Oogst van 1846waaromtrent door de koorenmoienaare in November jl. bezwaren zijn ingediend) deneers ten gcondslag voor de zitting van dat Brood geconstateerd, gelijk die vervolgens door HEGa is goedgekeurd, en daarmede in verband het Ta rief der zetting gewijzigd; terwijl ter voldoening aan Uwer Exc. aanschrijving bij besluit dit. 29 Maart 1847 A. 33 (Prov. blad No.30) de brood bakkers en biroodslijters bij publicatie tevens zijn herinnerd aan de Verordeningen omtrent het gewigt van de hoedanigheid van het brood, wel ke op eenige afwijkingen vooral wat het gewigt betreft, doch welke dadelijk bij Proces-Verbaal worden geconstateerd, nog al geregeld worden opgevolgd Hoewel het Stedelijk Bestuur, ten ge volge de door eenige bakkers ingediende bezwaren tegen de Zetting in verhouding van den prijs der alhier ter Markt verkocht wordende granen, en vooral ook om de weinige soms volstrekt geene aanvoer het moeyelijke daardoor om de zetting daarnaar te kunnen regelen;- had vermeend in junij eene nadere proefbakking te moeten doen met bovenlandsche Rogge, ten einde den rpijs der- zelve bij de berekening tot basis te nemen, ,is,„ echter na mededeeling van den uitslag drei proef—

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1847 | | pagina 21