(Prov.blad No 34 van 1849)is op bekomen berigtvan den Ar rondissement s ijker,der voor deze stad bepaalde dagen ter herijk der Maten en G-ewigten deewegens de gewone bekendmaking gedaan, na afloop waarvan bij het onderzoek door de Policie is bevonden datgeene contraventiën wegens het ongeoorloofd gebruik der- zelve zijn ontdekt, 15 - Plaatselijke Policie. Hoewel de zaak van den Vastenavondmet betrekking tot het al- of niet maskeeren,aanleiding heeft gegeven tot eene drukke correspondentie zijn nogthans die dagen,in weerwil der handhaving van het verbod daartoe door den Stedelijken Raad, waarvoor men aanvankelijk enige vrees koesterdenaar wensch ten einde gelopen,waartoe vooral heeft bijgedragen het opvol gen van de door Uwe Exc te dier gelegenheid,aangegevene ge dragslijn, in het constateren van overtredingen,waarin door de Policie,met de meeste omzigtigheid,is te werk gegaan,zonder dat zulks noch van de eene noch van de andere zijde,enige de minste botsingen heeft veroorzaakt. Verder wordt door de Policie steeds een streng toezigt gehou den op Vreemdelingen,ten opzigte van welke in het voorgaande jaar de bestaande bepalingen zijn hernieuwd,en ten hunnen aan zien gehandeld overeenkomstig de voorschriften vervat in de circulaire van Z.E,den Heere Minister van Justitiemedegedeeld bij het Prov blad van dat jaar No 53,ter uitvoering der wet. van 13 Augs 1849 (Staatsblad No39) Wordende voorts aan de onderscheidene Policie verordeningen behoorlijk de hand gehouden,vooral aan die ter verzekering van de veiligheid der personen en goederen,waaronder ook het weren van brand,het in goeden staat houden der bluschgereed- echappen,het toezigt op de stookplaatsen,en zo vele anderen, gelijk mede wordt gezorgd voor al datgehe tot bevordering der salubriteit is dienstig te achten,gelijk daartoe het toe zigt op de kwaliteit van het brood,het vleesch,enz.zijn strek kende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1849 | | pagina 17