3 O Breda. HOOFDSTUK X X G e meente-poilo i e a QPBHBABB VBILIGHEID. Uithoofde,wil men de polioie naar behooren handhaven,een personeel van vier agenten te gering is voorgekomen,is door Uwe Vergadering in December Jl# besloten,om dit getal met nog twee te vermeerderen, waarvoor de fondsen op den Staat van Begrooting voor 1852 zijn aangewezen» De begrooting,nu eerst door het Gedeputeerd Bestuur goedgekeurd terug ontvangen zijnde,zal aan dit besluit na de in-functie tredinj van den nieuw benoemden Burgemeester,kunnen gvolg gegeven worden» Tusschen de Plaatselijke Policia en de alhier gestationeerde Brigade Maréohausseê,heersoht eene goede verstand houding en medewerking in het opsporen en constateren van misdrijven,die echter alhier zeer zeldzaam voorvallen en in het algemeen in het helpen handhaveaèer openbare ordes en veiligheid,terwijl de ver» ordeningen omtrent het toezigt op de vreemdelingen en opvolging der aohtervolglijk ontvaagene aanschrijviagen,stiptelijk worden nageleefd,gelijk ook die tot wering der Bedelarij en Landlooperij welke laatste nogthans om de bestaande armoede en het weinig voorhanden zijn van werk,niet vermindert. Voorts wordt gesurveilleerd op de behoorlijke nakoming der onderscheidenen policie-verordeningenjook op de kwaliteit van het brood,de viscb en het vleesch,wordiben nauwlettend toezigt gs= houden. De Brandhluschmiddelen zijn in goeden staat van onderhoud voor= handen,dezelve worden geregeld beproefd en de manschappen met de behandeling daarvan bekend gemaakt,om daarvan bij onverhoopte gevallen van brand,die echter in 1851,even als vroeger,zeer zeldzaam plaats vinden,met goed gevolg te kunnen gebruikt maken; terwijl aan de bepalingen van het Brand-Beglement en aan die op het redden van Drenkelingen,Jaarlijks,in de maand January wordt herinnerd,verder in acht genomen de Verordeningen aangaande de Herbergen en het vieren van den Zondag en in het belang der Salubriteit en Scheepvaartzoo veel mogelijk, voor eenen behoort lijken waterstand gezorgd,zooals in dan aanvang van dit Verslag is gezegd. De verlichting heeft het geheele Jaar door ingevolge de konditi'éa •van aanbesteding geregeld plaats naar den stand der maan,tot des nachts twaalf ure,uitgezonderd aan de Waterzijde,op de Bruggen en in de meer afgelegen gedeelten dezer Gemeente,alwaar den geheelen nacht,eene goede verlichting onderhouden wordt. Daar het contract,aangegaan met den tegenwoordigen aannsraer der t Verlichting met Olie,met September aanstaande expireert,zijn bij Uwe Vergadering deliberation aanhangig om tegen dien tijd deze Gemeente door middel van pijp-gas te verlichten,waartoe zich reeds belanghebbenden hebben aangemeld. Bij Koninklijk besluit van den 26 December 1851 80,is Uw Q besluit van den 4e dier maand Litt.B tot afschaffing met den 1 January 1853 der alhier geheven wordende Poortgelden,goedgekeurd; dientengevolge zijn door Burgemeester en Wethouders,met de Militaire Autoriteit dezer Vestiag,onderhandelingen aangeknoopt omtrent het daarstellen van een nieuw poort-reglement,waarvan eerstdaags aan XJwe Vergadering een ontwerp zal worden aangeboden. Deze Gemeente is overigens van buitengewone rampen bevrijd gebleven, b HUIS VAI BBWABIHG. Binnen deze Gemeente geen eigenlijk Huis van Bewaring aanwezig zijnde,zoo wordt ingevolge de daartoe vertende autorisatie

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1851 | | pagina 30