8. Hoofdstuk I?, Geldmiddel en. De Rekening van de inkomsten en uitgaven dezer Gemeente over 1856, door ons op den 30 Juli;} aang& oden, werd door Uwe vergadering bij besluit van 29 Augustus voorloopig vastgesteld, en door Gedep.Staten dezer provincie bij besluit van den 10 IJov. G. 1.102, vastgesteld: in ontvangst op f. 110.031,23 1/2 in uitgaaf 90.421,50 3/4 dus met een batig saldo van f. 19.609,72 3/4 De Begrooting voor de dinst van 1857 werd vooiïoopig vastgesteld den 28 October 1856 en door Gedeputeerde Staten goedgekeurd bij besluit van 6 fabruarij 1857 G.N.60. in ontvangst op f.. 100.911,516 3/4 uitgaaf f 100.898.-- Batig slot f. 13,26 3/4 De ontvangsten en uitgaven der Gemeente over 1857, waren op dan 31 Maart van dat jaar, als volgt: Ontvangsten: ja. Directe Belastingen. Opcenten op de grond en Personeels Belasting te zaaien: f. 5.749,65 f. Directe Belasting (Qel) 9.337.81 f. 15.087,46 b. Belasting op voorwerpen van verbruik: Op het Gedisteleerd f. 17.728,83 1/2 Geslagt - 9.354,34 de Bieren en Azijnen - 2.172,69 den Wijn - 4.9o8,68 1/2 de 7isch - 2.810,88 Boter - 5.194,65 w Fourages 3.028.82 f. 48.351,37 c. Heffingen voor het gebruik van opanbars plaatsen,wegen, werken en inrigtingen: Belasting op Honden f. 755,09 Tol- weg- en straatgalden - 1.036,68 Standplaatsen - 293,31 Haven-kraan-en bruggegelden - 1.521,53 1/2 Weegloonen - 82,16 Leges enz. -132.18 f. 3.820,95 1/2 m Brandstoffen - 3.152,47

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1857 | | pagina 8